Ze zongen, mediteerden, studeerden en hadden veel plezier, de boeddhisten in dat centrum in San Francisco. Tot ze tijdens de meditatie een knagend geluid hoorden. In eerste instantie dachten ze dat de voorganger een tukkie deed en snurkte maar het geknaag werd allengs hoorbaarder en toen er ook houtmeel naar beneden dwarrelde vroegen ze de jongste beoefenaar in de nok van het gebouw te klimmen en die constateerde dat grote kevers de balken aan het opvreten waren. Een ongedierte-expert constateerde dat het boktor kevers waren die zich volvraten. Als er niets aan gedaan werd zou het gebouw instorten.
En daar zaten ze dan, die boeddhisten, die beloofd hadden nooit een levend wezen te doden. Toen de hoeveelheid naar beneden dwarrelende houtmeel zo groot werd dat de gemeenschap zich moest beschermen met paraplu’s werd een vergadering belegd. Het waren de boeddhisten of de boktor die het loodje moesten leggen. Er werd gebeden, de Boeddha werd om vergeving gevraagd en de volgende dag werden de kevers vergast. De boeddhisten leefden nog lang en gelukkig.
Ik heb motten in mijn kledingkast. Niet een paar maar een heleboel. Ik heb ook veel en dure kleding en geen geld om mijn garderobe te vervangen. De motten zwermden uit en gingen tussen de boeken zitten en namen bezit van de woonkamer. In mijn hemden en broeken zitten larven die nieuwsgierig hun kopje opheffen alvorens een hapje katoen te nemen. Bij de drogist kocht ik moderne mottenballen, een spuitbus met gif tegen vliegend ongedierte en vangkooien om de motten te vangen. Het helpt niet echt. Zaterdag vloog er een mot uit een overhemd in de inloopkast en ik heb contact gezocht met de gemeente voor advies. Een belofte doen om geen levende wezens te doden is één, de praktijk is weerbarstiger. Het is de mot of ik en ik heb voor mezelf gekozen. Met een bezwaard gemoed.
Mijn in het buitenland wonende vriendin is in een week tijd in twee verschillende handen gestoken door wespen die een nest in haar tuin hebben. De huisarts entte haar in, was bezorgd dat ze zou doodgaan aan die steken. Dat gebeurt bij sommige mensen ook wel. Afgelopen vrijdag heeft de brandweer het wespennest behandeld met giftig poeder.
De praktijk is dat wij boeddhisten de belofte om niet te doden onder voorbehoud moeten afleggen. Met mitsen en maren. Om nog lang en gelukkig te leven en het mogelijk te maken om andere levende wezens, die doen wat ze moeten doen, om zeep te brengen. Het boeddhisme als theorie? Of gewoon een laffe volger van de Boeddha.
Moedig voorwaarts!
Henk van Kalken zegt
Een herkenbaar dilemma voor iedereen die iets met boeddhisme heeft en doet. Ik denk dat gedachten die je tot een afweging brengen om wel of niet te doden niets aan dit feit veranderen: bij het doden van ook het kleinste insect hoort het karma dat bij het doden van kleine insecten hoort. Geen recht, rede en verzachtende omstandigheden. Ook als je een dier doodt dat op het punt stond jou te doden geeft dat het karma dat daarbij hoort.Er is geen advocaat die jouw gedachten en standpunten tegenover de Karmaraad verdedigt. ‘Beste Raad, een jeugdtrauma met boktorren heeft veroorzaakt dat verdachte handelde zoals hij deed.’ Nee, inzicht, zuiveren,en niet doden. meer zit er niet op, vrees ik.