Gisteravond was In de wereld draait door waar ik graag naar kijk, het thema verandering. Gebaseerd op de song van Bob Dylan The times they are a changing uit 1964. De gasten aan tafel, jong en oud, gekleurd en wit (de witten overheersten in aantal) spraken over vroeger en nu. De zestiger jaren en de zo gewenste verandering waar Dylan over zingt. Moet er een herijking plaats vinden van die idealen? Moet beschermd worden wat er toen is bereikt? De Zwarte Piet discussie, #metoo en de nog steeds durende vrijheidsstrijd van zwarten kwam op tafel. Er werd een poging gedaan om de humor in te voeren in de discussie, het flirten, een tik op de bil (van een vrouw), maar dat hield gaan stand. Vrouwen worden nog steeds bij de tieten gegrepen, zei een gast. Je blijft van elkaar af als dat als ongewenst wordt ervaren. Er werden geen algemene gedragsregels vastgesteld, maar sommige handelingen doe je gewoon niet. De grens wordt aangegeven door de ander.
Ik was in 1964 in de kracht van mijn leven. En hoefde niet zoveel te changen. Bij ons thuis kwamen mensen van allerlei kleur en achtergrond, geslacht, politieke overtuigingen over de vloer. Er werd veel gediscussieerd. Iedereen was gelijk. Er hing een felrode gloed boven mijn ouderlijk huis, mijn vader, een strijdbare havenarbeider, vertelde ons als klein kind al dat er grote veranderingen op til waren. ‘Als uw machtige arm het wil’, zongen de socialisten. Die door mijn vader gewenste veranderingen- macht aan het volk, bleken een illusie. Maar toen Dylan zijn beroemde protestsong zong, hoefde ik alleen maar mijn haar te laten groeien, een spijkerbroek en T-shirt aan te trekken en met vrienden witte hoofdpijnwijn te drinken en te discussiëren over toekomstige veranderingen. Weet je wel! Dylan bekrachtigde wat ik als norm beschouwde. Daar ben ik mijn ouders nog steeds dankbaar voor. Ze gaven ons normen en waarden door die in deze gedegenereerde tijd van pas komen.
Moedig voorwaarts!