Zolang de identiteitsstrijd werd gevoerd uit naam van gemarginaliseerde of als minderwaardig beschouwde minderheidsgroepen, stond deze op het programma van links. Zodra de referentiegroep echter een meerderheid werd, of een groep die zichzelf superieur opstelde naar andere groepen, werd het bestempeld als een rechts of extreemrechts geluid.