In zijn column Misbruik van Joriki van enkele dagen geleden schreef Zeshin van der Plas onder meer: ‘Dus dames en heren, laat je niet als een blinde kip door een charismatische leraar het bed in smoezelen. Binnen het boeddhisme is de les: ‘Op je eigen benen staan, en, als je er dan toch ingestonken bent, duik dan niet in de slachtofferrol, ondanks dat je hem overwicht hebt gegeven was je daar zelf bij. Zie het als een goede les en zie er maar mee om te gaan. Wraakacties helpen niemand. Blijf bij je zelf en zoek hulp bij een deskundige.’
Paulien van Poppel reageerde daarop in een brief aan hem.
Hallo mijnheer van de Plas,
Ik wil reageren op uw stukje vandaag. Het is duidelijk, dat u niet begrijpt waarom het niet ethisch is en onrechtmatig is om, als er een niet gelijkwaardige relatie bestaat zoals tussen leraar en leerling, psychotherapeut en cliënt, baas en werknemer een seksuele en/of een te intieme relatie aan te gaan. De verantwoordelijkheid om dit niet te doen en de grenzen te bewaken ligt bij degene met de meeste macht binnen de relatie. Blaming the victim komt vaak voor. Zo zeggen veel incestplegers, dat kinderen er zelf om gevraagd hebben. Mannen die verkrachten geven aan, dat de vrouwen er door hun kleding om vroegen of hoeren zijn, of wie A zegt moet B zeggen. Slachtoffers van grensoverschrijdend gedrag geven vaak zichzelf de schuld en denken dat ze minderwaardig zijn. Zo denken incestslachtoffers op de Veluwe vaak, dat de duivel bezit van ze genomen heeft en dat vertelt/ vertelde de familie om hen heen ze ook, als ze veel pech hebben/ hadden.
Bovenstaande blaming the victim-reacties hebben we allemaal in meerdere of mindere mate in onze gut-reactie. Ik denk, dat het wijs is om deze vooroordelen bij onszelf te observeren, herkennen en ze te corrigeren. Het is goed als mensen misstanden naar buiten brengen, omdat ze dan gecorrigeerd kunnen worden. Wees blij, dat mensen kritiek leveren en onjuiste praktijken aan het licht brengen. Misschien zou u liever hebben, dat de manier waarop anders was, maar we kunnen niet alles hebben in het leven. Dat u geen les wilt geven aan vrouwen heeft met de misstanden niets te maken, maar is iets persoonlijks van u. Dat is trouwens wel verstandig als u denkt, dat u niet goed bent in het bewaken van allerlei grenzen en ingewikkelde interpersoonlijke zaken. Verder kunnen contacten in bovengenoemde relaties ook erotiserend werken voor beide kanten. Dat laatste komt vaak voor, dus ook bij boeddhisten.
Dit moest ik kwijt,
Groet van Paulien van Poppel
Lieve Paulien
Vertel me, waar staat in mijn stukje dat ik een ongelijkwaardige relatie propageer. Binnen onze sangha hamer ik op een gelijkwaardige relatie. Diegenen die mij als leraar op een voetstuk proberen te plaatsen fluit ik onmiddellijk terug.
Je hebt mijn stukje geïnterpreteerd, maar is dat ook wat ik geschreven heb? Haal voor mij eens aan in mijn stukje wat je mij in je brief verwijt.
Mijn schrijfstijl is direct ‘to the point’ ik schud mensen wakker en daar schrikken ze soms van. Maar, mijn stukjes zijn nooit discriminerend, minachtend of degenererend. Ik zie het als mijn taak om mijn leerlingen eigenwaarde te geven, in te laten zien dat elk wezen de boeddhanatuur bezit. Gelijkwaardiger kan toch niet, iedereen, elk wezen de boeddhanatuur. Dat sommige niet geloven dat ze de boeddhanatuur niet kunnen verwezenlijken snap ik. Het is mijn taak om hen duidelijk te maken dat het wel mogelijk is. In mijn schrijfstijl probeer dan ook ik recht tot het hart te spreken.
Wat macht betreft, ik heb in 2011 mijn taak als leraar om gezondheidsredenen neergelegd. De sangha heeft mij sinds 2015 weer gevraagd om zo goed als mijn lichaam dat toe staat zenstudenten weer te begeleiden. Ik ben niet meer instaat om op mijn leraarsplek in de zendo te zitten mijn lijf laat dat niet meer toe. Het is een laag platformpje, en mijn leerlingen zitten op een ’tan’ (een hoog lang meditatie platform), ik zit lager dan mijn leerlingen omdat ik dienstbaar aan hun ben.
Mijn stukje gaat over slachtoffer rol. Gaat de pijn en het trauma over door de media in te schakelen? Daarmee krijg je medestanders die je niet helpen maar je pijn en trauma bevestigen. Daarmee ga je geloven dat de oplossing voor je pijn en trauma buiten je zelf ligt. Maar de gedupeerde voelt de pijn en is getraumatiseerd. Niemand kan voor haar of hem de pijn oplossen, niemand kan de pijn voor een ander dragen, niemand kan voor een ander eten, naar de WC gaan, luisteren of praten, enz. Dat moet je allemaal zelf doen, daar blijkt gelijkwaardigheid tussen mensen uit. Daarom schreef ik in mijn stukje. ‘Zie er maar mee om te gaan’, met andere woorden: ‘Doe iets want niemand anders kan voor jou stappen nemen.’ Blijf niet in je pijn hangen, maar daarmee wil ik de tragedie van het gebeuren niet ontkennen. Stappen ondernemen is ook om een arm om je schouder vragen. Daarnaast gaf ik aan dat boeddhistische leraren door hun training een charisma opbouwen wat in geval van misbruik in hun voordeel werkt. Dat wil niet zeggen dat de delict pleger vrijuit mag gaan en als het nodig is om daarvoor de media in te schakelen omdat de overheid geen gehoor geeft, is dit prima. Maar het grote gevaar van de media is dat het gebeurde in de sensatiesfeer wordt getrokken, emoties kunnen dan zo hoog oplopen dat twee kampen tegen over elkaar komen te staan. Daar heeft geen van beide partijen baat bij. De situatie over misbruik en oneigenlijk gebruik binnen het Nederlands boeddhisme is al zo lang aan de gang dat sanghaleden zo langzamerhand toch wakker moeten zijn. Daarom eindigde ik mijn stukje met: zoek hulp bij een deskundige.
Dat ik geen les wilde geven aan vrouwen,… natuurlijk lag dat aan mij, ik moest een sangha leiden en het was toen een verstandige keuze omdat in nog maar een beginnend leraar was. Inmiddels bestaat onze sangha uit zowel vrouwen als mannen. Maar ondanks mijn voorzorgsmaatregel zijn er ook binnen onze sangha ongewenste zaken gebeurd. Helaas gebeuren die dingen als je een gemengde sangha hebt. En voor mij gold toen: ‘Zie maar hoe je er mee om gaat’, je weet nooit van te voren of je het goed doet. Inmiddels is onze sangha stevig gevormd, maar dat is geen garantie dat er niets meer voor kan vallen wat ongewenst is. Het enige wat ik kan doen is er zo goed mogelijk mee om gaan, het is aan mij: “Zie maar hoe je er mee omgaat.” Zelfs een leraar leert dagelijks bij, dat maakt het leven boeiend en waard om geleefd te worden, ook als je zaken op je bordje krijgt die moeilijk zijn.
Verder wens ik je een goede ontwikkeling op je levenspad.
P.S.
En ik heb nog een persoonlijke vraag aan je. Wie kent jou als vrouw? Als je jezelf als vrouw kent zet je jezelf in een uitzonderingspositie, Jij bent dan geen kind, geen peuter geen meisje geen jongen geen man. Vergeet jezelf en wees het allemaal.
Zeshin.