Het aantal mensen in Zuid-Korea dat het boeddhisme praktiseert is de afgelopen tien jaar sterk afgenomen. Volgens een volkstelling waren er eind 2015 7.61 miljoen boeddhisten in Zuid-Korea, 2.96 miljoen minder dan een decennium geleden. De protestantse populatie groeide juist in diezelfde periode, met 1.23 miljoen tot 9.68 miljoen gelovigen.
Boeddhistische wetenschappers zeggen dat Zuid-Koreanen zich van het boeddhisme afkeren vanwege de gesloten cultuur van het boeddhisme in dat land. ‘Veel mensen beschouwen het Koreaans boeddhisme als een religie voor monniken en niet voor het gewone volk,’ zegt Park dus-ho, onderzoeker verbonden aan het instituut van boeddhistische sociale wetenschappen van de Joong-Ang Sangha Universiteit.
Boeddhisten vormden de grootste religieuze groep sinds de eerste volkstelling van de regering in 1985. Park zegt dat het hervormen en modernisering van boeddhistische instellingen, meer openheid, en het nadenken over hoe het boeddhisme de gewone Koreaan aanspreekt er toe kan leiden dat het boeddhisme weer groeit. Het boeddhisme heeft in het algemeen een zwakke organisatiecultuur, waardoor de beoefenaars in Zuid-Korea gevoelig zijn voor andere religies.