Een nieuwe rapport van International Campaign for Tibet (ICT) onthult hoe Tibetanen, die hun zelfverbranding hebben overleefd, te maken krijgen met gewelddadige behandeling en verdwijning, waarbij families, soms jaren nadat de betrokkene zichzelf in brand heeft gestoken, niet op hoogte zijn van de vraag of hun familielid het heeft overleefd of is overleden.
Het rapport, ‘Tibetaanse overlevenden van zelfverbranding: repressie en verdwijning’ documenteert de gevallen van twintig Tibetanen, die zelfverbranding in Tibet hebben overleefd. Daarnaast beschrijft het rapport drie gevallen van zelfverbranding in ballingschap. Honderd zeven en dertig Tibetanen hebben zichzelf sinds 2009 in de Volksrepubliek China in brand gestoken, tegenover zeven in ballingschap. Het gaat om één van de grootste golven van zelfverbranding als politiek protest in de laatste zestig jaar.
In de meeste gevallen zijn degenen, die zichzelf in Tibet in brand hebben gestoken overleden, hetzij ter plekke, of naderhand in het ziekenhuis. Sommigen hebben er alles aan gedaan om te zorgen dat ze niet zouden overleven, zoals door wikkelen van prikkeldraad rond hun lichaam of door het drinken of het zichzelf overgieten van kerosine. Het ICT rapport documenteert hoe een kleine minderheid van de Tibetanen, die hun zelfverbranding hebben overleefd en in leven bleven, te maken kregen met extreem fysiek en psychisch lijden, vanwege de repressieve maatregelen, die de Chinese autoriteiten tegen hen heeft genomen.
Tsering Jampa, algemeen directeur van International Campaign for Tibet, stelt: ’Door de politieke gevoeligheden rond zelfverbrandingen in Tibet, worden degenen die overleven over het algemeen door de autoriteiten in omstandigheden van extreme geheimhouding en isolement gehouden. In sommige gevallen vernamen families dat hun familielid nog in leven was, alleen doordat ze getoond werden in de propaganda van de Chinese staatsmedia, die de Dalai Lama de schuld geeft voor hun acties.
We zijn diep bezorgd over de behandeling van mensen in Tibet, die hun zelfverbranding hebben overleefd. We baseren ons hierbij op berichten van gedwongen verdwijningen en het onthouden van medische zorg, of door medische ingrepen, zoals amputaties, zonder dat de familie volledig op de hoogte is gebracht. Wij roepen de internationale gemeenschap op om onderzoek te doen naar de verblijfplaats van Tibetanen, die zelfverbranding hebben overleefd, en voor de openbaarmaking van hun medische behandeling en zorg.’
Bron ICT.