De naar verluidt grootste boeddhistische theravada organisatie in België, de Thaise Wat Dhammapateep in Mechelen, ook genoemd de Tempel, voelt zich op dit moment bewust buitengesloten van het lidmaatschap van de Boeddhistische Unie België (BUB). Er zou volgens de Tempel sprake zijn van discriminatie en eigenbelang.
Secretaris-generaal Koen Vermeulen van de BUB zegt dat er momenteel geen aanvraag voor een lidmaatschap is ingediend. Hij wil verder inhoudelijk niet op de kwestie ingaan. ‘Er is geen dossier over een aanvraag, er loopt geen procedure. Dat is ook niet aan mij. De Raad van Bestuur doet na zo’n aanvraag een voordracht aan de algemene vergadering. Maar dat is niet aan de orde.’
Waldimar Van der Elst, plaatsvervangend voorzitter en woordvoerder van Dhammapateep, zegt zeker te weten dat de aanvraag al in 2009 door het toenmalige BUB-bestuur is beoordeeld en op onjuiste gronden is afgewezen. Maar het verzoek om lid te mogen worden van de BUB is volgens hem nog steeds van kracht.
Hij noemt het onbegrijpelijk dat de volgens hem grootste boeddhistische organisatie in België, met volgens zijn zeggen 1500 geregistreerde leden en een achterban van tenminste 6000 mensen, door de BUB als lid wordt geweerd.
De koepel wordt door de Belgische overheden als de vertegenwoordiger van het boeddhisme in België gezien. In 2008 erkende de Belgische staat het boeddhisme als levensbeschouwelijke stroming en kent de BUB sindsdien een jaarlijkse vergoeding van 150.000 euro toe om de kosten van een landelijk secretariaat te dekken.
De koepel is momenteel bezig om een ordening aan te brengen binnen de aangesloten leden. Als naar verwachting in 2013 het boeddhisme door de staat gesubsidieerd wordt, ontvangen de koepel en de leden salarissen voor boeddhistische ‘voorgangers’, zoals zenmeesters en lama’s, maar ook boeddhistische leken komen daarvoor in aanmerking.
De Belgische grondwet maakt dat mogelijk en betaalt ‘bedienaars van de erediensten’ een jaarlijkse wedde uit en na hun 65ste een levenslang pensioen. Afhankelijk van de rang in de organisatie kan dat oplopen tot forse bedragen. In vergelijkbare functies zijn dat tienduizenden euro’s per jaar. Bedienaars hebben recht op een woning, kinderbijslag en dat soort zaken.
De erkenning door de BUB van boeddhistische organisaties lijkt een symbolisch gegeven. Maar het is meer. De koepel is als het ware een bemiddelaar tussen de overheid en de verschillende sangha’s en tradities. Als zij geen lid zijn van de BUB betekent dat zoveel als niet beschouwd worden als een volwaardig boeddhistisch centrum. En de BUB toetst de aspirant leden op hun geschiktheid op gronden die door de Staten Generaal van de BUB, de aangesloten organisaties, na een boeddhistisch concilie zijn vastgesteld.
Hoewel er in België ook sangha’s zijn die het lidmaatschap niet hebben aangevraagd, omdat ze vinden dat het boeddhisme geen staatszaak is en de organisaties zichzelf financieel moeten bedruipen.
Waldimar Van der Elst: ‘Het is straks de BUB die uitmaakt wie er in België door de overheid beschouwd en erkend wordt als boeddhist. Alleen leden van de koepel zijn dat in de ogen van de BUB. Maar het gaat niet alleen om erkenning van organisaties, er hangt ook een prijskaartje aan. De koek wordt nu oneerlijk verdeeld. Wij begrijpen die rechtsongelijkheid niet. Boeddhistische splintergroeperingen, met enkele tientallen leden, zijn wel lid van de BUB. Wij, als Thaise boeddhistische traditie, met een groot aantoonbaar aantal leden, niet. Ga dat maar eens uitleggen aan wie het wil weten.’
De voorzitter schetst in een lang gesprek hoe het onderzoek verlopen zou zijn dat door de BUB na de aanvraag voor het lidmaatschap werd ingesteld. Een kwestie van misverstanden, eigenbelang, niet goed luisteren, verkeerde interpretaties en onjuiste conclusie, zegt de voorzitter. ‘Wij zouden niet voldoen aan de voorwaarden, het charter, dat de BUB had opgesteld. In eerste instantie mocht ik het niet inzien, later wel. Toen bleek dat wij aan alle voorwaarden voldeden. Maar het mocht niet baten.’
Waldimar Van der Elst zegt dat de in 2005 gestichte tempel in Mechelen volkomen legaal is. En de daaraan gekoppelde vereniging ook.
De voorzitter: ‘De abt heeft zelfs een permanente werk-en verblijfsvergunning, hoeft niet te sjoemelen met toeristenvisa, dus kan permanent in het land verblijven. In de tempel in Mechelen- geen leeg gebouw met wat Boeddhabeelden, zijn vrijwel altijd een of meerdere monniken aanwezig. Het gebouw is een bloeiend cultureel en boeddhistisch centrum.Wij hebben alleen in België al een achterban van meer dan 6000 mensen. Uit Nederland maar ook andere Europese landen komen ze naar onze tempel toe. Cambodjanen, Birmezen, Laotianen. Wij verzorgen boeddhistisch onderwijs. De Thaise regering erkent ons als bona fide. Wij zijn secretaris van de organisatie van alle Thaise tempels in Europa. En boeddhisten in hart en ziel. Wat kunnen we nog meer doen om ons bestaansrecht te bewijzen?’
Van der Elst zegt op zich niets tegen de staatserkenning van het boeddhisme of tegen de BUB te hebben. En hoopt dat de nieuwe secretaris-generaal van de BUB, Koen Vermeulen de aanvraag met een frisse blik en objectieve visie zal beoordelen.
Naast de tempel in Mechelen, zijn er ook nog tempels in de theravadatraditie in Antwerpen, Belsele en Sint-Job-In’t-Goor die evenmin lid van de BUB zijn. Onbekend is of zij het lidmaatschap van de BUB ook ambiëren.
Meer informatie: www.watdhammapateep.be en www.buddism.be
WDP zegt
De secretaris-generaal is nieuw en misschien kent hij nog niet alle gegevens. Wat Dhammapateep stuurde sinds 2005 verschillende brieven en emails inzake de aanvraag tot lidmaatschap en er waren persoonlijke contacten van het bestuur met de vroegere voorzitter dhr. Frans Goedgebeur en de vroegere secretaris-generaal dhr. Edel Maex en de voorzitter dhr. Michel Depreay over de toetreding.
Contacten beweren dat Wat Dhammapateep met Theravada (1 van de 2 hoofdgroepen van het boeddhisme) geweerd wordt door en ten voordele van Mahayana (met Tibet, de 2de groep). Daar werd echter geen bewijs van geleverd.
Orandajin zegt
Ik ben nu al jaren geintresseerd in het boeddhisme, maar ben niet praktiserend en zou mezelf ook niet snel met het etiket boeddhist bestempelen.
Als ik dan zulke berichten lees dan denk ik van waar is het die mensen om te doen. Willen ze zo graag erkend worden omdat ze niet graag buitengesloten willen worden?Willen ze overheidssteun, zodat ze als sangha kunnen groeien en hun boeddhisme uitgedragen kan worden?
Kortom veel willen, veel wedergeboorte van emoties die komen opspelen als men zich hiervoor wilt inzetten.