Kandidaten zullen worden onderzocht op hun ‘ideologische en politieke moraliteit’. ‘Separatisten’ en personen die betrokken zijn bij ‘illegale’ religie worden uitgesloten.
De propaganda van de CCP vertelt de wereld voortdurend dat Tibet, dankzij China, nu een regulier universitair systeem heeft, dat niet bestond onder het ‘achterlijke’ Dalai Lama bestuur. Natuurlijk heeft het universitaire systeem zich de afgelopen decennia ontwikkeld, maar hetzelfde is gebeurd in veel Aziatische landen die niet door hun buren zijn binnengevallen en niet worden onderdrukt door het totalitaire bewind van een communistische partij.
Ook de Tibetaanse universiteit is niet voor iedereen. Tibetanen weten dit al vele jaren, aangezien degenen die verdacht werden van steun aan de Dalai Lama niet werden toegelaten of van de universiteit werden verwijderd. Nu is dit vastgelegd in officiële regels.
Op 22 april 2022 publiceerde het Chinese Ministerie van Onderwijs de ‘Regels voor de toelating van studenten in de Tibetaanse Autonome Regio voor 2022’. Een groot deel van deze voorschriften omvat de gebruikelijke criteria voor de toelating tot universiteiten van de beste middelbare scholieren, en quota’s voor bepaalde etnische minderheden. Deze regels bestaan in vele landen van de wereld en zijn niet bijzonder verwerpelijk.
Vanaf sectie 12 worden we echter met iets anders geconfronteerd. Onder het kopje ‘Beoordeling van de ideologische en politieke moraal’ wordt uitgelegd dat het niet voldoende is om een uitmuntende student te zijn om te worden toegelaten tot een universiteit in Tibet. In feite is ‘ideologische en politieke moraal’ de ‘belangrijkste’ norm voor toelating.
De academische autoriteiten ‘maken een uitgebreide beoordeling van de politieke houding en ideologische moraal van de examinandus, en zijn verantwoordelijk voor de authenticiteit daarvan’. Aangezien de kandidaten in een gesprek kunnen proberen hen voor de gek te houden, moeten zij de functionarissen van de Communistische Partij raadplegen van de stad of het dorp waar elke kandidaat woont.
De universiteiten moeten zich ervan vergewissen dat de kandidaten nooit ‘in woord of in daad’ bewegingen of activiteiten hebben gesteund die ‘de eenheid van het moederland of de nationale eenheid in gevaar brengen’. Tibetanen begrijpen dat deze activiteiten en bewegingen allemaal vormen zijn van steun aan de Dalai Lama en wat de CCP ‘de separatistische Dalai kliek’ noemt. Het is ook nodig, zeggen de verordeningen, dat de kandidaat niet betrokken is geweest bij ‘xie jiao’ (d.w.z. ‘illegale’ religieuze bewegingen). Omgekeerd komen de kandidaten, indien zij de ‘marxistische theorie’ beheersen, in aanmerking voor een voorkeursbehandeling bij de toelating.
De CCP beweert dat zij de modernste hogescholen naar Tibet heeft gebracht. Maar zij heeft niet alle slimme jonge Tibetanen naar de universiteit gebracht.