De Tao Te Tjing waardoor Meester Tja zich heeft laten inspireren is het oudste en meest bekende werk van het taoïsme.
Het taoïsme is een van de drie hoofdreligies van China, naast het confucianisme en het boeddhisme (chan).
Twee andere hoofdwerken van het taoïsme zijn de Zhuangzi en de Liezi. Wat ze voor hebben op de Tao Te Tjing is dat er wat te lachen valt.
De Tao Te Tjing is een zakboekje vol spreuken, vergelijkingen, redeneringen en volkswijsheden opgetekend of bedacht door of althans toegeschreven aan ene Laozi uit de zesde eeuw voor ene Christus.
Zo klein als het is, bestaat het zelf weer uit twee boekjes, de Tao Tjing, het boek van de Weg, en de Te Tjing, het boek van de deugd.
De Tao Tjing leert dat het universum wordt gereguleerd door de Tao, een spontaan, natuurlijk, universeel en tijdloos principe dat je alleen kan volgen door niet-weten.
De Te Tjing leert dat ware deugd, Te, zich niet in regels laat vangen en alleen geleefd kan worden door niet-doen.
Tjing betekent boek.
Tao Te Tjing = het boek van niet-weten en niet-doen.