Tibetaanse bannelingen hebben de afgelopen nacht in het Indiase Dharamsala een wake gehouden om hun solidariteit te betuigen met de Tibetaanse nomade Tamdin Thar, die zichzelf afgelopen vrijdag voor een politiebureau in Chentsa in brand stak uit protest tegen de volgens Tibetanen repressieve Chinese overheersing van Tibet. Dat heeft het in India gevestigde Tibetaans Centrum voor Mensenrechten en Democratie (TCHRD) bevestigd.
Volgens onbevestigde berichten hebben sinds maart 2011 tenminste 38 Tibetanen zichzelf in brand gestoken en zijn 28 van hen gestorven. De nachtwake werd gehouden door het Regionale Tibetaanse Jongeren Congres (RTYC) en de regionale Tibet Woman’s Organisation (RTWA).
Een woordvoerder van deze organisatie verklaarde dat deze serie zelfverbrandingen een sterk signaal is aan de Chinese bezetters van haar land. ‘Mensen lijden onder het repressieve beleid van de Chinese overheid in Tibet. Dat vinden wij zeer teleurstellend en we vinden het ook verschrikkelijk om onze eigen mensen te verliezen, alleen maar omdat zij strijden voor de vrijheid van ons land. Deze cyclus van zelfverbrandingen in Tibet is een duidelijk signaal dat Tibetanen in Tibet het beu zijn om onder de Chinese bezetting te moeten leven.’
Activisten zeggen dat China bezig is de vrijheid van godsdienst en de cultuur in Tibet te vernietigen. China verwerpt deze kritiek en zegt dat door de inlijving van Tibet deze regio zich heeft kunnen ontwikkelen en de bevolking bevrijd is van onderdrukking door de Tibetaanse elite. Peking noemt de slachtoffers van zelfverbranding terroristen en criminelen en beschuldigt de Dalai Lama, de geestelijk leider van de Tibetanen, er van zijn landgenoten aan te zetten tot dit soort acties. De Dalai Lama woont al sinds 1959, na een mislukte opstand tegen de Chinese overheersing, in India. De geestelijk leider zegt dat hij alleen maar meer autonomie wil voor zijn land.
Bron: BBC/ANI