Deel 4 van een 5-delig dwaalgesprek over de mystiek van niet-weten en niet weten van mystiek.
Lukas: Voor jou is een mystieke ervaring ek-stase. Wat bedoel je daar precies mee?
Hans: ‘Ek’ is Grieks voor buiten, ‘stasis’ is Grieks voor stand. Met ek-stase bedoel ik buiten alle DenkBeelden staan. Een buitenstaander worden van je eigen gedachten. In niet-weten verblijven – de grote open ruimte tussen de DenkBeelden. Waardoor je weer een raadsel onder raadselen wordt. Die zich door jou niet laten oplossen.
Dat is meteen het belangrijkste verschil met de archetypische mystieke ervaring waarin sprake is van een aanschouwen of beminnen van, naderen tot of versmelten met god of het goddelijke. Agnose is geen beweging richting god of het goddelijke maar een beweging weg van alle GodsBeelden. Een doorgaande terugtrekking. Een retraite waar geen eind aan komt, wat er ook van komt.
Lukas: Waaruit trek je je dan terug?
Hans: Uit de verBeelding van je verbeelding. Niet alleen uit de DenkBeelden van god en het goddelijke, maar ook uit het DenkBeeld dat god en het goddelijke maar DenkBeelden zijn. En ook uit het DenkBeeld van agnose als het terugtrekken uit de verBeelding van je verbeelding. En ook uit het DenkBeeld van een radicale ek-stase waardoor je weer een raadsel onder raadselen wordt.
De mystiek van niet-weten is een mystiek zonder DenkBeelden. Zonder Iconen of Idolen. Zonder Heilige Boeken of Heilige Huisjes. Zonder verzet tegen andermans DenkBeelden, Iconen, Idolen, Heilige Boeken en Heilige Huisjes. En zonder verzet tegen andermans verzet daartegen.
Lukas: Als je dit mystiek wil noemen, wat voor mystiek dan? Geen eenheidsmystiek, geen nachtmystiek, geen wezensmystiek of een andere mij bekende vorm van mystiek.
Hans: Verzin maar wat. Weetnietmystiek? Lege mystiek?
Lukas: Is mystiek zonder inhoud wel mystiek?
Hans: Jazeker. Per definitie zelfs. Mystiek zonder inhoud is het toppunt van mystiek. Hoe meer DenkBeelden, hoe minder mystiek.
Lukas: Ik weet niet, hoor.
Hans: Ik weet het ook niet, hoor. In agnose is geen mystiek of non-mystiek te vinden, geen god of goddeloosheid, geen eenheid of veelheid, geen wijsheid of dwaasheid.
Lukas: Doet me denken aan non-dualiteit.
Hans: In agnose is geen dualiteit of non-dualiteit te vinden.
Lukas: Geen, geen, geen.
Hans: Dus waar wou je nog heen.
Lukas: Kijk eens, ik wil weten wat mystiek wel is, niet wat het niet is.
Hans: Dan moet je toch echt de grote open ruimte in. Zie je beeldentuin verdwijnen in een white-out zonder einder. En weg is je weten, weg je niet-weten. Weg zijn je antwoorden, weg je vragen. Weg is je doel, weg je weg.
Lukas: Weg, weg, weg.
Hans: De grote weg is het grote weg. Dan is al het Grote weg. Dan mag je voortaan overal komen. Hoera!
Lukas: Hoera?
Hans: Wat je roept in extase.
Lukas: Extase?
Hans: De euforie van niet-weten. Ken je die?