A: Ik deed het per ongeluk!
B: Je deed het expres!
A: Ik deed het per ongeluk!
B: Je deed het expres!
C: Wat bedoel jij met per ongeluk?
A: Dat ik er niets aan kon doen.
C: Wat bedoel jij met expres?
B: Dat hij erop uit was.
C: En als je er nou eens niets aan kunt doen dat je erop uit bent?
A: Dan is expres een soort per ongeluk.
B: Dan is per ongeluk een soort expres.
C: Dan zijn we eruit.
Deze tekst maakt deel uit van de Perongelukexpress, een serie over de vrije wil.