Laatste van tweeëntwintig metaforen voor spirituele verlichting.
‘Wat moet ik me voorstellen bij verlichting, Hans?’
‘Geen idee.’
‘Is dat wat ik me erbij moet voorstellen of weet je het niet?’
‘Zo kun je het ook zeggen.’
‘Wat als ik me er niets meer bij voorstel?’
‘Geen idee.’
Overzicht van alle tweeëntwintig catches.
Nog meer geen ideeën
In plaats van het woord verlichting kun je in de afgelopen tweeëntwintig dialogen invullen wat je wilt – zen, advaita, taoïsme, liefde, niet-weten, mystiek, essentie, spiritualiteit enzovoort. Voorbeeld (Catch 1):
‘Wat moet ik me voorstellen bij zen, Hans?’
‘Geen idee.’
‘Een plaats?’
‘Hè?’
‘Hier, thuis, gene zijde, de hemel, het paradijs, Nirwana, het Reine Land, Utopia, Walhalla of zo?’
‘Hoe bedenk je het.’
‘Wat is jouw plaats?’
‘Ik ben helemaal van de kaart.’
‘Wat moet ik me dan voorstellen bij zen?’
‘Geen idee.’
Zo ontstaat er een serie dwaalteksten op maat, maar denk erom: welk woord je ook invult, aan het eind van de reeks ben je het kwijt. Net als het idee van geen idee. En dan?
Geen idee.