Deel 11 van een dwaalgesprek in 14 delen over niet-weten als sleutel zonder slot voor de poort zonder poort. (De delen kunnen los van elkaar gelezen worden.)
Sofie: Als een zenleerling het licht heeft gezien, krijgt hij transmissie van zijn meester. Heb jij transmissie gekregen?
Hans: Nee.
Sofie: Waarom niet.
Hans: Omdat ik nooit een zenmeester heb gehad. Omdat ik nooit een zenleerling ben geweest. Omdat ik nooit het licht heb gezien.
Sofie: Wat heb je dan gezien?
Hans: Het niet-zien.
Sofie: Wat denk jij dat er bij transmissie gebeurt?
Hans: Iemand in een kimono scheert iemand anders in een kimono met veel omhaal kaal.
Sofie: Wat wordt er daarbij doorgegeven?
Hans: Kwastjes. Slabbetjes. Glimlachjes. Knikjes. Buiginkjes. Titels. Rechten. Plichten. Beloften. Geloften. Pseudoniemen. Eufemismen. Een naambordje voor in de stamboom. Oorkondes van wat geen oren horen konden.
Sofie: Ik bedoel symbolisch.
Hans: Symbolischer kan niet.
Sofie: Waar staat het allemaal symbool voor?
Hans: Symboliek.
Sofie: Maar wat wordt er dan doorgegeven?
Hans: Wordt er dan wat doorgegeven?
Sofie: Het heet toch niet voor niks transmissie?
Hans: Een brevet van onvermogen dan maar.
Sofie: Niet de dharma?
Hans: Dat is de dharma.
Sofie: Wat is de dharma?
Hans: Dat je absoluut niet meer weet wat je moet zeggen of denken.
Sofie: Omdat de waarheid voorbij de woorden is?
Hans: Dan had ik dat wel gezegd.
Sofie: Volgens jou is zelfs de dharma een eufemisme voor niet-weten?
Hans: Geweldig hè, zo’n moedersleutel?
Sofie: En natuurlijk is het weer niet waar wat je zegt.
Hans: En ook niet onwaar.
Sofie: En natuurlijk heb je weer geen gelijk.
Hans: En ook geen ongelijk.
Sofie: En ondertussen heb je het toch maar mooi gezegd.
Hans: De nar komt overal mee weg.
Sofie: Voor straf wordt hij nooit serieus genomen.
Hans: Voor de nar is dat de hoogste beloning.
Sofie: En voor jou?
Hans: Ik heb geen beloning meer nodig.
Sofie: Schrale troost.
Hans: Je moest eens weten.
Lees ook: Diepte-interview met Zenmeester Hans van Dam.