De eerste hoofdwet van de psychostatica
Zo’n tweehonderd dwaalteksten geleden had ik het over de eerste hoofdwet van de psychostatica, weet je nog?
In een gesloten geest neemt de entropie voortdurend af tot het nulpunt is bereikt.
De eerste hoofdwet van de psychostatica is in tegenspraak met de tweede hoofdwet van de thermodynamica, die stelt dat in een gesloten systeem de entropie voortdurend toeneemt.
Afname van de entropie in een gesloten geest betekent toename van betekenis en orde, een ander woord voor kennis of wat daarvoor doorgaat, doorgaans van het monistische of monotheïstische type om de entropie met zo min mogelijk inspanning zoveel mogelijk te drukken.
Een geest met een lage entropie heet hypodynamisch of hypomobiel.
Uiteindelijk daalt de entropie van de gesloten geest tot het nulpunt.
Een entropievrije niet-overleden geest heet psychostatisch.*
* Vroeger werd de term ‘fundamentalistisch’ gebruikt maar die is politiek gekleurd.
Een psychostatische geest is een bijzonder geval van een gesloten geest, namelijk een afgesloten geest, door Gottfried Leibniz in 1714 monade gedoopt.
Monaden zijn gevoelig voor verstening (lithiasis). Een versteende monade heet een monoliet of een hunebed als hij uit meerdere delen bestaat.
(tekst gaat verder onder het infoblok)
Wat is entropie?
Entropie is gewoon een mooi woord voor wanorde. Het is bedacht door dezelfde natuurkundigen die hun deeltjesleer graag ‘fysica op corpusculaire grondslag’ noemen en hun warmteleer ‘thermodynamica’.
Het verband tussen wanorde en entropie is simpel: hoe groter de chaos, hoe hoger de entropie. Dat lijkt een wet, maar het is een definitie.
Een volmaakt geordend systeem of een dito geest heeft per definitie een minimale entropie.
Een volstrekt chaotisch systeem of een dito geest heeft per definitie een maximale entropie.
Wetenschap – je hoeft er echt niet voor geleerd te hebben.
In een psychostatische geest gaat de eerste hoofdwet van de psychostatica niet langer op. Logisch: waar geen entropie is kan hij ook niet afnemen. Er zijn mij tenminste geen gevallen bekend van negatieve entropie of het moeten grijze gaten zijn, maar die zijn nog niet door de wetenschap bedacht, laat staan ontdekt.
Wanneer zonder een debiliterende ziekte zoals dementie of een herseninfarct de geestelijke entropie toeneemt is er waarschijnlijk sprake van REM-slaap of van een voorbijgaande staat van verbijstering of beide.
Blijft de entropie gedurig maximaal dan bestaat er een vermoeden van niet-weten. Het verstand van een agnost is namelijk getransformeerd van een psychostatisch systeem dat hoofdwettelijk streeft naar minimale verandering en maximale ordening, in een thermodynamisch systeem waarin rondkaatsende gedachten, gevoelens en ideeën vrijelijk hun energie op elkaar kunnen overdragen zonder dat dit nog als orde of chaos wordt ervaren.
De tweede hoofdwet van de psychostatica
De tweede hoofdwet van de psychostatica is bijna een parafrase van de tweede hoofdwet van de thermodynamica:
In een open geest neemt de entropie voortdurend toe tot het maximum is bereikt.
Een geest die permanent in een toestand van maximale entropie verkeert noemen we hyperdynamisch of hyperelastisch of hypermobiel. De geest in kwestie zelf heet een weetnietgeest, een zengeest of een aikidogeest. Dat klinkt als een entiteit maar het is een woord want hatsjie klinkt als een woord maar het is een nies.
Nominaal of niet, entropisch gezien is er geen verschil tussen de ene weetnietgeest en de andere. Ze kunnen elkaars entropie evenmin verhogen of verlagen als hun eigen entropie. Vandaar dat we net zo goed van dé weetnietgeest kunnen spreken. Wie denkt dat weetnietgeesten daarom één zijn heeft nog nooit een tweeling gezien.
Tot zover deze elementaire psychostatische beschouwingen. Ze moeten de entropie in het verstand van de lezer ongemerkt laten toenemen terwijl hij denkt dat ze afneemt. Dat is het enige verschil met reguliere pseudowetenschap.