Net terug van een paar dagen Duitsland, leverde ik vlak voor de deadline dit stukje in. Gelukkig had ik woensdag al voor deze rubriek gekookt: vegan lasagne met bloemkool, walnoten en zongedroogde tomaten. Maar eerst zal ik verslag doen van mijn avonturen als bijna-vegan in een land van vleesliefhebbers, zeker buiten de grote steden. Voor de lunches hadden we thuis een picknickmand gevuld met een brood, hummus, pinda-hazelnotenpasta, vegan kaas met fenegriek. In Duitsland kochten we lekkere verse Brötchen. Voor de avondmaaltijd vonden we zowaar een restaurant dat maar liefst twee vegan opties op de kaart had: chili-sin-carne en zoete-aardappelcurry. Ik vind het superfijn dat de horeca de vegan curry heeft ontdekt, helaas is het vaak luie curry met kant-en-klare currypasta, wat kokosmelk, en wat vulling. Ik ging dus voor de chili-sin-carne, die niet geweldig was. Bruine bonen en maiskorrels in een behoorlijk zure saus, bovenop een grote berg witte rijst. Mijn reisgenoten, minder principieel dan ik, gingen toch maar voor een lokale specialiteit met vlees, want je gaat tenslotte niet naar Duitsland om Indiaas of Mexicaans te eten. Overigens was het restaurant verder erg gezellig en de bediening attent, en ik vind het al heel wat dat er twee vegan opties op het menu staan!
Het ontbijtbuffet in ons hotel bestond uit wat kaas, vele soorten vleeswaren, yoghurt, muesli, eieren, Duitse erg witte en niet erg verse broodjes, roomboter, en van die plastic kuipjes met een bodempje jam en een hoop afval. Ik had er spijt van dat mijn picknickmand nog in de auto stond, op een paar honderd meter lopen. Volgende keer toch maar zelf wat vegan yoghurt en broodbeleg mee! Ik snap ook wel dat ze voor die paar procent van hun gasten geen aparte dingen op tafel zetten, zeker als die gasten van tevoren nergens om vragen. Aandachtspuntje voor een volgende keer. Hoe doen anderen dat?
Jammer dat veel restaurants ofwel geen vegan menuopties hebben, ofwel er niet veel van bakken. Thuis is het makkelijker om lekker én vegan te eten. Bijvoorbeeld met deze vegan lasagne. Dit recept is oorspronkelijk van Onno Kleyn, ik heb het plantaardig gemaakt: Lasagne met bloemkool, walnoten en zongedroogde tomaten.
Hoeveelheden zijn voor een hoofdgerecht voor 2-3 personen, meestal gebruik ik anderhalf keer zoveel.
- ½ bouillonblokje naar keuze
- 400 g bloemkoolrijst, of rasp of maal zelf een stuk bloemkool tot kleine stukjes (goedkoper)
- 70 g zongedroogde tomaat op olie, fijngesneden
- 3 uien, fijngesnipperd
- Twee flinke scheuten extra vierge olijfolie
- 1 teen knoflook, gehakt
- 75 g gepelde walnoten, ongebrand en ongezouten
- 150 ml vegan (Griekse) yoghurt, ik gebruikte dit keer ter vervanging 25 gram gemalen amandelen, een scheutje sojaroom, en het sap van een halve citroen.
- ± 250 g lasagne
- 50 g paneermeel
Verwarm de oven voor op 180 graden.
Breng een ½ liter water met het halve bouillonblokje aan de kook, doe de bloemkoolrijst erin en laat weer aan de kook komen. Kook 2 minuten en zet het vuur uit. Giet ofwel het kookvocht af in een kom of mok om later weer toe te voegen, of laat het kookvocht gewoon in de pan. Meng de fijngesneden tomaat door de bloemkool.
Bak de ui rustig in enkele eetlepels olijfolie tot hij zacht is. Bak dan de knoflook een minuutje mee. Doe dit met de walnoten en gemalen amandelen in de keukenmachine en draai tot prut. Voeg vegan yoghurt of citroensap en sojaroom toe en naar smaak zout en peper.
Vet een ovenschaal in met olijfolie en maak een eerste laag lasagnebladen. Verdeel er een fikse schep bloemkool over. Dan weer een laag lasagnebladen en een fikse schep walnootmengsel. Ga zo door en eindig met een bloemkoollaag. Onder in de pan met bloemkoolmengsel is nog kookvocht, tenzij je het hebt afgegoten. Schenk nu langs de zijkanten het bloemkoolvocht in de ovenschaal.
Meng de paneermeel met een scheut olijfolie en verdeel dit over de lasagne. Bak, afhankelijk van de grootte en dikte van de lasagneschotel zo’n 30-35 minuten in de oven. Serveer met wat rauwkost of een salade.