Dan kun je zeggen, maar ik ben wakker.
Ja, maar je kunt ook dromen dat je wakker bent, misschien heb je die ervaring wel eens gehad tijdens je slaap? Of dat je denkt dat je aan de waterkant staat en gaat plassen.
Ook drugs kan je de ervaring geven, de illusie, dat er iets anders is. Door een verkeerd vallende wietcake (lang geleden!) dacht ik dat ik op een gegeven moment dood was. Ik zat op mijn fiets op dat moment, richting huis. Maar gelukkig twijfelde ik daar toch nog aan, dat ik dood was, en gaf deze twijfel voorrang. Een ongeluk werd voorkomen…
De mind kan heel veel (trucs) met ons uithalen. Ook al zit je er met je neus bovenop, zoals bij een goocheltruc.
Onze overtuigingen worden door onszelf gezien als waar en objectief. Maar alleen feiten zijn dat.
Bijvoorbeeld, kan een moslim in de onfeilbaarheid geloven van de Koran. En een christen in de onfeilbaarheid van de Bijbel. Maar dat is hun overtuiging.
Op die manier zitten mensen vast in oneindig veel overtuigingen.
De een gelooft dat er geen God is. Iemand anders zegt, dat alles draait om geld en succes. Weer ander gelooft, dat het gezin het allerbelangrijkste is. Etc.
We behandelen onze eigen overtuigingen als waar en objectief. Op die manier zien we niet werkelijk wat voor ons ligt.
Op het moment dat je aan al je overtuigingen gaat twijfelen, kan dat wat voor je ligt zichtbaar worden.
De Boeddha was een groot twijfelaar:
Hij twijfelde aan het opvolgen van zijn vader.
Hij twijfelde om vader te zijn, de rest van zijn leven, een gezin te hebben.
Hij twijfelde aan alle overvloed in zijn leven als prins.
Hij twijfelde uiteindelijk aan de leraren die hij ontmoette in het woud, op zoek naar het antwoord.
Hij twijfelde aan de zichzelf opgelegde zware disciplines.
Hij twijfelde aan het gelijk van de vijf asceten.
Hij twijfelde aan het zoeken van de uitersten.
Hij twijfelde aan overvloed maar ook aan extreme ascese.
…
Toen moet hij zijn ontwaakt.
Niet tot een bepaald zelf (atman).
Er bluste iets in hem. Of waaide uit.
Er kwam vrede in hem.
Hij werd geen god of hindoe filosoof betreffende een zelf.
Hij werd een licht voor zichzelf.
Wakker.
We lopen door een moeras maar gelukkig is er een pad doorheen.
Het pad onderzoeken we op waarheid. Omdat we gewend zijn aan alles en iedereen te twijfelen. Op die manier is er geen pad dan het moment zelf. Wees een licht voor jezelf.
De Boeddha wilde geen autoriteit voor ons zijn. Hij predikte geen boeddhisme. Hij riep niet op tot een of ander geloof. Hij ontwaakte, juist door aan alles en iedereen te twijfelen, inclusief zichzelf. Daarom riep hij op tot onderzoek. De waarheid werkt. Maar onze overtuigingen zijn ons vertrouwd, geven ons zekerheid maar een valse zekerheid. Omdat een overtuiging niet waar en objectief is. Misschien maakt dat je niet uit, als je je maar goed voelt met jezelf en anderen. En daar had dus de Boeddha lak aan, want anders had hij nooit zijn gezin verlaten en later de Indiase yoga leraren in het woud.
Hij zocht het antwoord op het lijden en was bereid te twijfelen.
Als je ontwaakt, ontwaak je uit je eigen gecreëerde droom over de werkelijk, wat is. De droom, de illusie van ik en het leven verdwijnt. Er bestaat geen apart zelf. Enkel keuzeloos gewaarzijn.