Sommige boektitels roepen direct een sterke associatie op. Neem Welkom in de werkelijkheid van zenmeester Dick Verstegen. Bij deze woorden moet je onwillekeurig aan de beroemde scène uit The Matrix (1999) denken, waarin Morpheus aan Neo onthult dat hij altijd in een droomwereld heeft geleefd. De ware wereld is een hel waarin de mens door machines wordt overheerst: ‘Welkom in de woestenij van het ware…’
Verstegen beoogt precies het tegenovergestelde van de sombere Morpheus. Volgens hem is de werkelijkheid geen dystopie, maar juist de wereld waarin je ontroerd kunt raken, jezelf kunt verwonderen en anderen de helpende hand kunt bieden. De titel ‘Welkom in de werkelijkheid’ verwijst bovendien subtiel naar een kardinale zenparadox. Namelijk: dat we altijd al in de grenzeloos gastvrije realiteit leven maar ons hier zelden van bewust zijn, vanwege onze preoccupaties met consumeren, deadlines en doelen. Het komt er dan ook op aan om te ontwaken tot de werkelijkheid, bijvoorbeeld door te onthaasten, aandacht te schenken aan je nabije omgeving of simpelweg nieuwsgierig te zijn.
In Welkom in de werkelijkheid demonstreert Verstegen zijn eigen vermogen tot openheid en verbinding die ik, met een knipoog naar de beroemde middeleeuws-Japanse zenmeester Dōgen ‘beoefening-en-realisatie’ zou willen noemen. Hij beschrijft deze inzichten niet vanuit spirituele navelstaarderij, maar juist om andere zoekers op de zenweg te inspireren. Steevast laat Verstegen zich meevoeren door zijn tomeloze nieuwsgierigheid: ‘Ik stap op de fiets en voel meteen die innerlijke drive om te ontdekken. Als ik het centrum binnenrijd, ervaar ik een aangename energie van contact en ontmoeting, hoewel ik geen bekenden ben tegengekomen.’ De auteur heeft het gevoel dat er niets moet, maar dat er toch ‘voldoende inspiratie in en om mij heen is om mijn voeten ergens heen te brengen.’ Hij weet niet waar hij heen wil, maar dat maakt niets uit, want hem ‘schiet ineens een zinnetje uit een taoïstische geschrift te binnen: “Was het nu eigenlijk de wind die mij meevoerde, of was ik het die de wind meevoerde? Ik wist het niet meer.”
Deze zwervende houding van de klassieke taoïstische meesters die het zenboeddhisme diepgaand hebben beïnvloed, stelt je volgens Verstegen in staat om thuis te komen in de werkelijkheid. Wie zonder vast doel op pad gaat, kan zijn oog namelijk steeds open houden voor de ander en het andere. Op die manier kun je de ‘stilte als altijd aanwezige bron’ ontdekken. Niet om vervolgens zelf tot het levenseinde je mond te houden, maar om haar juist door te laten klinken in alles wat je zegt. Het is tekenend voor Verstegen dat hij voortdurend een stapje terugdoet om zich te laten informeren door een bijna eindeloze hoeveelheid bronnen: van klassieke spirituele teksten zoals de Daodejing tot de ontboezemingen over gender van Raven van Dorst. Dit alles maakt het mogelijk om steeds opnieuw aan te komen in het ‘nu’. Maar de grootste levensles die Verstegen overdraagt, is om alles wat je geleerd hebt te vergeten. Alleen zo is het mogelijk om altijd nieuwsgierig te blijven. Om het met de elfde-eeuwse zenmeester Yuanwu te zeggen: ‘Wanneer je inzicht verwerft in het levende woord, vergeet je het nooit meer!’
De werkelijkheid een woestenij? Zeker niet. Verstegen maakt duidelijk dat het hier-en-nu een grenzeloze schat herbergt. Het enige wat je nodig hebt, zijn de ogen om het te zien en de oren om het te horen. Wie Welkom in de werkelijkheid leest, kan zijn blik aan die van een meester in de nieuwsgierigheid scherpen.
Uitgeverij Milinda 2023.
Erik Hoogcarspel zegt
In de echte werkelijkheid is er geen fiets en geen centrum, wat valt er dan nog te ontdekken?