Wanneer je leeg kunt zijn van een afzonderlijk zelf is er geen dood en daarmee geen angst voor de dood. Dat is natuurlijk mooi gedacht en gezegd. Toch is het iedere keer opnieuw bijkomen van de schrik die je krijgt wanneer een uitslag van een onderzoek weer een slechter beeld geeft. En het is wennen.
De artsen denken dat ik over niet al te lange termijn dood ga en daarmee bedoelen ze dat ik in een levensfase ben gekomen waarin het einde van de manifestatie van dit lichaam voorbij is is. Maar wat is doodgaan?
Door het diep, diep laten doordringen van met name de eerste drie alinea’s van de Hartsoetra en de uitleg daarover van Thich Nhat Hanh kun je de andere oever bereiken en dat is een geweldige ervaring. Het is het “sterven voor je doodgaat.” Daar is geen geboorte en dood, daar is geen dood en ook geen angst.
De sleutel daarvoor is weten, diepgaand beseffen, dat alle vijf de skandha’s (de vijf groepen van bestaan) leeg zijn, leeg zijn van een afzonderlijk zelf.
De eerste drie alinea’s van de Hartsoetra zijn als volgt:
“Avalokiteśvara, diepgaand mediterend met het inzicht dat ons naar de andere oever brengt, ontdekte plotseling dat alle vijf skandha’s op gelijke wijze leeg zijn. Door dit inzicht overwon hij al het lijden.
Luister Śāriputra, dit lichaam is leegte, leegte is dit lichaam. Dit lichaam is niet anders dan leegte. Leegte is niet anders dan dit lichaam. Dit geldt ook voor gevoelens, waarnemingen, mentale formaties en bewustzijn.
Luister Śāriputra, alle verschijnselen worden gekenmerkt door leegte; hun ware natuur is geen geboorte, geen dood, geen zijn, geen niet-zijn; ze zijn rein, noch onrein, en nemen toe noch af.”
Leeg zijn en leegte zijn de wederkerende, kenmerkende woorden. De vraag die hierbij natuurlijk hoort is: waarvan zijn ze leeg? Het antwoord is ‘leeg van een afzonderlijk zelf’. Wanneer je je dit beseft, wanneer dit helemaal is doorgedrongen ben je vrij. Voor mij was dat een prachtige realisatie, het diepgaand besef van interzijn, het volledig verbonden zijn met alles en iedereen. Wat een rijkdom, wat een ruimte, wat een inzicht en wat is alles licht.
Is daarmee al het lijden overwonnen? Ja en nee. Alleen al het weten dat ik wanneer ik wil terug kan gaan naar die andere oever maakt de afstand tussen de historische – en de ultieme dimensie marginaal. En nee, ik ben niet van de wereld en sta midden in de wereld.
Pijn en lijden horen bij het leven, zijn daarvan onafscheidelijk; maar zoals Viktor Frankl zei: “Between stimulus and response there is a space. In that space is our power to choose our response. In our response lies our growth and our freedom.”
En zoals Thich Nhat Hanh het zegt: “No mud, no lotus.”
Had ik dit kunnen schrijven zonder dat ik zo ziek ben als ik nu ben? Mijn hart loopt over van dankbaarheid, wat een rijkdom om op deze manier (nog) in het leven te kunnen staan!
Tot slot de hele Hartsoetra – Het Inzicht dat Ons naar de Andere Oever brengt – waarvan Thich Nhat Hanh de tekst voor zijn herseninfarct eind 2014 op een aantal plekken aanpaste.
Avalokiteśvara, diepgaand mediterend met het inzicht dat ons naar de andere oever brengt, ontdekte plotseling dat alle vijf skandha’s op gelijke wijze leeg zijn. Door dit inzicht overwon hij al het lijden.
Luister Śāriputra, dit lichaam is leegte, leegte is dit lichaam. Dit lichaam is niet anders dan leegte. Leegte is niet anders dan dit lichaam. Dit geldt ook voor gevoelens, waarnemingen, mentale formaties en bewustzijn.
Luister Śāriputra, alle verschijnselen worden gekenmerkt door leegte; hun ware natuur is geen geboorte, geen dood, geen zijn, geen niet-zijn; ze zijn rein, noch onrein, en nemen toe noch af.
Daarom zijn lichaam, gevoelens, waarnemingen, mentale formaties en bewustzijn leeg van een afzonderlijk zelf. Ook de achttien werelden van verschijnselen: de zes zintuigen, de zes zintuigobjecten en de zes bewustzijnen zijn leeg van een afzonderlijk zelf.
Ook de twaalf schakels van onderling afhankelijk ontstaan en hun einde zijn leeg van een afzonderlijk zelf.
Lijden, de oorzaken van lijden, het einde van lijden, het pad, inzicht en realisatie zijn leeg van een afzonderlijk zelf. Wie dit kan zien hoeft niets meer te bereiken.
Bodhisattva’s die oefenen met het inzicht dat ons naar de andere oever brengt kennen geen belemmeringen in hun geest. Vrij van belemmeringen kennen zij geen angst, vernietigen zij alle verkeerde waarnemingen en realiseren volmaakt Nirvāna.
Door de beoefening van het inzicht dat ons naar de andere oever brengt, kunnen alle Boeddha’s in het verleden, heden en de toekomst, authentieke en volmaakte verlichting bereiken.
Weet daarom Śāriputra, dat het inzicht dat ons naar de andere oever brengt een grootse mantra is, de meest verhelderende mantra, de hoogste mantra, de ongeëvenaarde mantra, de ware wijsheid die in staat is aan alle vormen van lijden een einde te maken.
Laten we daarom het inzicht dat ons naar de andere oever brengt eren en deze mantra verkondigen:
“Gate, gate, pāragate, pārasaṃgate, bodhi svāhā!”
“Gate, gate, pāragate, pārasaṃgate, bodhi svāhā!”
“Gate, gate, pāragate, pārasaṃgate, bodhi svāhā!”
Laatste versie Thich Nhat Hanh (2014) en broeder Phap Xa 2015 (Nederlandse vertaling).
Mieke zegt
Inter-zíjn is voor mij een bevrijdend inzicht. Het betekent dat ik deel ben van een geheel…. nergens uit kan vallen. Zíjn er wel twee oevers, valt er wel iets te bereiken?