De boeddhisten noemen het ego ook wel de monkey mind. De rusteloze monkey mind gaat maar door met het maken van plaatjes en gedachten.
“Thought is so cunning, so clever, that it distorts everything for its own convenience.”
― Jiddu Krishnamurti
Identificatie
Als mensen hebben wij door onze cultuur en opvoeding geleerd om ons te identificeren met wat boeddhisten dus de monkey mind noemen. Wij zijn gaan geloven dat het onze gedachten zijn, en dat wij deze denken. Dit centrum in onze psyche heeft zo, een sterke positie opgebouwd. Deze positie heeft het verkregen door een verzamelingen van herinneringen aan het verleden en wensen over de toekomst te bundelen. Hieruit voort vloeien onze oordelen, de hoop die we hebben en angsten. In deze bundel zitten ook al onze zogenaamde positieve herinneringen, al zijn dit er vaak een stuk minder omdat deze minder psychische impact maken.
Het ego zal deze bundel in onze psychologie met zijn of haar leven verdedigen. Dit is namelijk wie wij volgens onze persoonlijkheid zijn. Het innerlijk dialoog is een symptoom van deze verschijning en heeft niets te maken met onze ware aard.
Ego aanvallen
Veel mensen die voor langere tijd mediteren zijn vrijwel allemaal bekend met ego aanvallen. Ook mensen die bezig zijn met bijvoorbeeld zen of non-dualiteit rapporteren vaak een soortgelijke ervaring. Er gebeurt namelijk iets wat veel mensen niet verwachten op hun zoektocht. Hun persoonlijkheid keert zich letterlijk tegen hun. De meeste mensen vinden het al moeilijk om 5 minuten te mediteren door de onrust van hun monkey mind. Voor degene onder ons die het lukt om veel langer te mediteren of beter waar te nemen is dit een confronterend fenomeen.
In het begin zullen ego aanvallen nog gewoon overkomen als negatieve gedachten of even niet lekker in je vel zitten. Vaak word er dan snel gegrepen naar afleiding, wat in deze tijd een stuk makkelijker is geworden met alle technologie van dien. Op het moment dat er dieper gekeken wordt of langer meditatiesessies plaatsvinden begint de persoon in ons van zich af te bijten. Dit ziet er voor iedereen anders uit. Dit kunnen verleidingen zijn naar dingen die je ‘leuk’ vindt, gedachten over onzekerheden tot akelige herinneringen en bang makende toekomst beelden. Hoe stiller wij worden, hoe harder het ego gaat praten en hoe wanhopiger de aanvallen worden.
Stilte
Stilte is de meest krachtige bron van waarheid en helderheid. In stilte komt alles aan bewustzijn en niks kan zich verbergen. Dit is waarom zoveel spirituele stromingen zitten of mediteren. Als iemand echt mediteert dan brengt die zijn of haar aandacht terug naar dit moment, het enige wat werkelijk bestaat. Wie volledig in dit moment is neemt helder waar. Het ego kan niet tegen stilte omdat de persoonlijkheid een verschijning is en niet dat waarin de dingen verschijnen.
De monkey mind doet er alles aan om niet in dit moment te zijn, omdat in het hier en nu geen afscheiding bestaat. Alles is compleet in het nu. De mind kan alleen maar conclusies opslaan en oordelen maken over wat er elk moment gebeurt of wat het denkt te verwachten. Het kan op geen enkele manier dit moment vasthouden. Net als het fysieke lichaam is de geest een tijdelijke verschijning die komt en gaat. Het lichaam door miljoenen jaren evolutie draagt deze wijsheid met eer en is dienstbaar aan het leven. De menselijke geest wat wij ervaren als het ego is hierin nog onvolwassen. En het wil zich niet neerleggen bij het feit dat het geen grip heeft op de werkelijkheid.
Verhaaltjes en het pijnlichaam
Het ego is een verhaaltjes maker. Het maakt verhalen over het verleden en bedenkt verhalen over de toekomst. Hier haalt het zijn of haar bestaansrecht uit. Het overleeft door het maken van verhalen. Elke gedachte is een verhaal en bevat geen werkelijkheid het is een fata morgana die verder betekenisloos is.
Door het maken van verhalen voelt de persoon een vals gevoel van controle over het leven. Het heeft geleerd om zo om te gaan met de diepe angst en kwetsbaarheid die het werkelijk voelt. Voor het ego voelt het leven heel bedreigend omdat het zich sterk identificeert met het lichaam. Het heeft zich zo sterk met het lichaam geïdentificeerd dat het een soort tweede lichaam heeft geschapen ook wel het pijnlichaam of geestelijk lichaam genoemd. Dit komt omdat het in de werkelijkheid geen controle heeft over het fysieke lichaam.
Denken en kennis
Wij hebben geleerd dat voor het vergaren van kennis wij goed moeten nadenken. We moeten dingen goed onthouden en plannen maken voor de toekomst. Dit hebben de andere pijnlichamen in onze ouders en leraren ons verteld. Wij erven zo het ego of pijnlichaam van onze voorouders, en zolang wij niet de tijd nemen om helder te kijken dan kunnen we niet doorzien wat hier gebeurt.
“But if one observes, one will see that the body has its own intelligence; it requires a great deal of intelligence to observe the intelligence of the body.”
― Jiddu Krishnamurti
Echte intelligentie vind plaats in ons lichaam. Onze denkgeest is nog steeds door middel van wetenschap aan het ontdekken hoe het lichaam en brein precies werkt en waar bewustzijn vandaan komt.
Wij ademen allemaal, onze harten kloppen en organen werken en hier word geen enkele gedachte voor gebruikt. De denkgeest heeft geen flauw idee wat er gaande is en wij hebben geleerd om ons te identificeren met onze denkgeest. Het lichaam en brein leren bijvoorbeeld praten op een tempo die voor de denkgeest onmogelijk is. Echte kennis heeft namelijk niets te maken met de denkgeest. Intelligentie hoeft niet na te denken. Weten is niet weten & niet weten is weten. Het hart klopt en de benen lopen en daar begrijpt het ego niets van.
Niet weten en overgave
Het ego kan niet omgaan met ik weet het niet. Dit is precies waar de les voor de persoonlijkheid ligt. Op het moment dat het ten diepste kan toegeven dat het niets weet dan pas kan het onderwezen worden. En deze vorm van onderwijs vind op een manier plaats die voorbij gaat aan denken en de denkgeest.
‘Ik zit in de boot van mijn eigen leven, ben passagier en bemanning, ben de boot zelf. Mijn vaarplan leidt tot tal van zwenkingen, maar zeil en roer kan ik uiteindelijk slechts ter beschikking stellen van de golfstroom van de tijd, de dynamische beweging van mijn leven. Wat ik wezenlijk ben ziet dat mijn relatieve bestaan alleen beweging en verandering is en dat ik daar maar één antwoord op heb: daarin zonder voorbehoud meegaan. Daar één mee zijn, smelten als een ijsblokje in een glas water.’
―Dick Verstegen, uit De tocht van het hart
De denkgeest is bedoeld als een knaap of knecht en een knaap werkt zonder daar wat voor terug te krijgen en stelt zich dienstbaar op. Op het moment dat het pijnlichaam word afgedaan word het ego nederig en leert het zijn of haar positie als tijdelijke verschijning in het lichaam. De angst van vroeger had te maken met wantrouwen en een vals gevoel van controle. Als er in overgave geleefd word, dan daalt er een ervaring van gedragenheid in, welke altijd al de grondslag is van het bestaan. Een ontmoeting met iemand die je vergeten bent door je valse identificatie met de persoon.
Met dank aan Anātman