Toen ik een tijdje geleden alweer in boeddhistische sferen terecht kwam, was ik een onwetende. Het was een mahayana sangha en er werd flink gestudeerd en gebeden. Ik vroeg de leraar het hemd van het lijf, ook tijdens de uitleg van het studiemateriaal. Hoe zit dat, waarom dit en hoe zie jij de zaken die je aan ons uitlegt vanuit het studieboek, zelf. Zo kwamen ook de verschillende boeddhistische stromingen aan bod. De mahayanaleraar vertelde ons, de studenten, dat er naast het Grote Voertuig, het Mahayana, ook een klein voertuig was, het Hinayana. Dat gebeurde op een neerbuigende manier, alsof een Hina voddenboer door de straten ging.
Ik verdiepte me in dat kleine voertuig, dat me helemaal geen nare stroming leek. Niet veel later brak ik met het mahayana en verliet de sangha om er nooit meer terug te keren. Door mijn zoektocht was ik via onder meer een artikel in De Groene Amsterdammer ook achter de moorddadige vete tussen de Dalai Lama en de baas van de Nieuwe Kadampa Traditie Gesh-la gekomen. Beide mannen konden niet zonder lijfwachten de straat op en werden zelfs in hun onderkomens bewaakt, om te voorkomen dat ook zij het loodje zouden leggen. Later, nadat het Boeddhistisch Dagblad was opgericht, kwamen er nog meer nare dingen aan het licht. Zelfverrijking, oorlogen, seksueel wangedrag, noem het maar op.
Het boeddhisme kent geen zelfreinigend vermogen om foute zaken aan te pakken. Er staat altijd wel een flesje Haarlemmerolie op de plank. De daders- meestal mannelijke leraren, dragen een organisatie en zonder hen kan je de tent wel sluiten en zijn er geen studenten en inkomsten. Zo zie ik ook de wederopstanding van de Sakyong, de baas van de internationale Shambhalabeweging, die onlangs weer actief werd terwijl er toch echt ernstige beschuldigingen door door hem betastte vrouwen zijn ingebracht en een rechter daarover zou moeten oordelen. En hij bij schuldigverklaring zijn straf moet ondergaan. Maar dat lijkt er niet van te komen. Met zo’n man zou je toch niet in één ruimte willen verkeren. Sakyong Weinstein.
Toen ik als onwetende – ik ben een nu nog grotere onwetende, mijn leraar overviel met talloze vragen om een eigen mening te vormen, was ik verbaasd dat er zo naar over een andere boeddhistische stroming werd gesproken. Dat had ik van een boeddhist niet verwacht. Omdat al die voertuigen toch bij de Boeddha uit de garage komen. Ik zeg niet: Boeddhisten zijn ook maar mensen. Om dat te vergoelijken. Boeddhisten zijn boeddhisten die getraind zouden moeten zijn in het niet haten, niet oordelen over andere stromingen.
Ik wil nog iets verklappen. Ik begon deze column met ’toen ik een tijdje geleden…’. Toen ik de afgelopen weken naar de films ‘Boeddha’s in het Westen’ keek, merkte ik ook op dat van de deelnemers de ingangsjaartallen werden vermeld. ‘Beoefent al sinds dan en dan’ en ‘is opgericht toen en toen’, alsof de duur van een oefening of het bestaan van een organisatie de kwaliteit weergeeft. Ze zouden het moeten verbieden die jaartallen. Dat ego gedoe. Ik ken grijsaards die het verstand hebben van een pasgeboren baby, hoe schattig ook, en kinderen die mij versteld doen staan door hun wijsheid.
In de journalistiek is het zo: je bent net zo goed als journalist als je laatstgeschreven artikel. Elke dag is weer een oefening.
Moedig voorwaarts!
Henk van Kalken zegt
Mijn kleinste voertuig ooit was een stepje. Het bracht mij waar ik wilde, maar ik moest wel steppen.
Groeten van Henk, die geen seconde twijfelt aan het nu.
Het bestaat namelijk niet.
G.J. Smeets zegt
“Het boeddhisme kent geen zelfreinigend vermogen om foute zaken aan te pakken.”
Vind je het gek? Boeddhisme is als -isme de foute zaak zelf. In stand gehouden door gediplomeerde [transmissie] leraren en gelukzoekers [meditators]. Ik vind het trouwens wel een aardig teken aan de wand dat zorgverzekeraars geen boeddhisme vergoeden maar wel mindfulness naast andere vormen van introspectie- en cognitietraining.
Henk van Kalken zegt
Vandaar dat ik ook mijn boeddhistische affiniteit beperk tot affiniteit, en geen isme volg. Ik heb grote twijfels of Boeddha het allemaal zo bedoeld en gezegd heeft als de Palicanon weergeeft. Niettemin herken ik mezelf wel in de Vier Edele Waarheden. Een non-duale leer als Advaita of dzogchen zijn volkomen los van alle regels, voorschriften en (commerciële) bijproducten als mindfulness. Dzogchen is volkomen grenzeloos.
Ruud van Bokhoven zegt
Heb respect voor een ander, ook al is het niet de richting of de gedachtengang van jezelf.
Respect voor een ander is het tonen van je boeddhistische kracht.
Namasté ?
Gerry Verbeek zegt
Aanhalingsteken openen
Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doet dat ook de ander niet.
Aanhalingsteken sluiten
Dankjewel voor het vrij en zinnig stukje Joop