Waar bleef het gesprek over vrede?
Oorlogstaal overheerst het politieke debat. Maar wie spreekt er nog over vrede? In deze column pleiten wij voor twijfel, nuance en het herstel van menselijkheid in ons denken over veiligheid.
Het vertrouwen in de politiek is historisch laag. Slechts een fractie van de burgers gelooft nog dat politici handelen in het belang van de samenleving. Die ontgoocheling raakt niet alleen de ‘afgehaakten’, maar ook zij die jarenlang loyaal stemden, meedachten, meepraatten.
De teleurstelling zit niet alleen in wat politici doen, maar juist in wat ze nalaten: luisteren, twijfelen, voelen. In een systeem dat draait op partijdiscipline, beeldvorming en profilering blijft weinig ruimte over voor gewetensvragen, voor nuance, voor het erkennen van niet-weten.
En juist in die leegte klinkt een andere taal steeds luider: die van de oorlog. Ministers spreken over bewapening met vanzelfsprekendheid. De Koning roept op om ons “tot de tanden toe” voor te bereiden. Pratende uniformen vullen de talkshowtafels. Er wordt zelfs voorgesteld om een flink deel van het budget voor ontwikkelingssamenwerking te schrappen om het defensiebudget te verhogen. Het beeld van dreiging vervangt dat van dialoog.
Maar wie stelt de vraag die nauwelijks nog gesteld mag worden: laten we kansen op vrede liggen? In Oekraïne? In Gaza? In de hoofden van burgers die zich afvragen: moet dit echt zo?
Wie durft nog te zeggen dat veiligheid méér is dan tanks en drones? Dat vrede meer vraagt dan wapens — juist nu? Stemmen die wijzen op diplomatie, empathie of het aanpakken van de werkelijke oorzaken van conflict worden genegeerd of verdacht gemaakt. Alsof de vraag naar vrede politieke zelfmoord is geworden.
Een van die stemmen is Ewald Engelen, hoogleraar financiële geografie en publicist, bekend van zijn scherpe, maatschappijkritische analyses. Hij waarschuwt voor de “oorlogshysterie” in media en politiek, en spreekt van “symbolisch geweld” tegen vredesdenkers. Wie oproept tot nuance en diplomatie wordt verdacht gemaakt. In zijn woorden: “Het pacifisme is van links verdreven, en met het verdwijnen van de twijfel verdween ook de menselijkheid uit het debat.”
Ook Charles Eisenstein, Amerikaans cultuurfilosoof, roept op tot een andere manier van kijken. Hij beschrijft hoe het denken in vijanden – wij tegenover zij – het publieke gesprek vergiftigt. Hij noemt dat het “plutoniumzaad van ontmenselijking”. Wie niet vóór ons is, is tegen ons. En wie vrede zoekt, is verdacht.
Een samenleving die vrede niet langer durft te verdedigen, bewapent zich misschien tegen de ander, maar verliest iets wezenlijks in zichzelf.
Toch groeit onder de oppervlakte een stille tegenbeweging. Twijfel klinkt bij de koffieautomaat, op verjaardagen, in buurthuizen. Mensen voelen aan dat iets niet klopt, maar durven het nauwelijks nog te zeggen. Twijfel is menselijk — maar in de taal van de macht wordt zij verdacht.
Veel mensen hebben het gevoel dat we braaf een Europese koers volgen, alsof het pad al is uitgestippeld en het Nederlandse volk daar stap voor stap op wordt voorbereid — door politiek én media. Hoe banger we worden gemaakt, hoe volgzamer we lijken te worden. De coronacrisis heeft dat mechanisme op pijnlijke wijze zichtbaar gemaakt: angst verlamt, en verlamming maakt ontvankelijk voor bevel.
Soms krijgt die volgzaamheid zelfs absurde trekken. Onlangs waarschuwde Defensie dat de NAVO-doelen mogelijk niet gehaald worden vanwege… de stikstofnormen. Alsof natuurwetgeving ineens een bedreiging vormt voor onze militaire paraatheid. Zo wordt niet de oorlog, maar de ecologie tot vijand verklaard. Een signaal hoe diep de logica van bewapening ons denken binnendringt.
Wat we missen, is moedige politiek. Niet de daadkracht van de harde hand, maar de moed om ruimte te maken voor het onzekere, het eerlijke, het menselijke. Voor het ongemakkelijke gesprek, voor vrede als actief proces.
Dat is geen zwakte.
Dat is leiderschap met hart.

Luuk Mur ( 1952) is psycholoog en heeft een drietal boeken geschreven over de door hemzelf ontwikkelde hulpverleningsmethode communitysupport. Hij is lid van de Dzogchen Community Nederland. Dzogchen is een vorm van Tibetaans boeddhisme waarbij veel belang wordt gehecht aan de ontwikkeling van individueel bewustzijn. Bij deze traditie streeft men naar non-dualiteit van het bewustzijn. Mensen zijn zich niet alleen bewust ( je weet dat je dit leest), maar je kunt je ook bewust zijn van dit eerste bewustzijn. Dit meta-bewustzijn wordt ‘gewaarzijn’ genoemd.
Geef een reactie