Ik zwerf door de stad, in het centrum, op Katendrecht, de voormalige hoerenbuurt. Het is avond en donker, in veel woningen brandt het licht. Fel licht, schemerlicht maar ook geen licht. Ik zie de blauwe gloed van oplichtende beeldschermen en gluur naar mensen die dingen doen of nalaten. In elk huis een ander mens, slechts van de ander gescheiden door een muur maar toch op zichzelf. Ik voel me een goedmoedige observator.
BIJSLUITER: het lezen van deze columns kan leiden tot groot geestelijk ongemak, heimwee naar Chef, de Kloosterbunker, Bunkerstad, woedeaanvallen, depressies, onbeheerst gedrag, angstaanvallen, maagzuur, zweten, ongeloof, twijfel aan eenieder, straatvrees, lange tenen en het geloof in het eigen gelijk. Bij de lezers. Scheldpartijen en een onbedwingbare drang om te reageren zijn waargenomen. Sommigen willen mij corrigeren. Of bedanken. Of prijzen. De drang om in verzet te komen, het abonnement op te zeggen- wat niet kan. Sommigen besluiten de krant niet meer te lezen, of te boycotten. Er kwaad over te spreken. Te janken of te vloeken. De straat op te gaan om te demonstreren. De politiek de rug toe te keren. Of aan de drugs te gaan.