Ze zat voor mij op het vliegtuig, exact één rij.
Het vliegen zou best lang duren. Iedereen had haar of zijn privé-scherm en kon uit een waaier aan films in allerlei categorieën kiezen.
Na het opstijgen, soms zelfs al even ervoor, was iedereen verdiept in die filmwereld.
Ik probeerde thuis te komen en mijn adem te volgen. Bitter weinig in de filmkeuzes was ondertiteld, tenzij ik Turks of Farsi machtig was. Als niet-horende (of zwaar slechthorende, maar dat klinkt zo gewichtig) kon ik moeilijk film ‘kijken’ zonder de lettertjes die mij vertelden wat er gezegd werd of te horen was. Maar dat stond ook niet direct op mijn programma. Ik geniet zo van kijken naar de voorbereiding op het tarmac, die non verbale communicatie die als een stomme film buiten het vliegtuig, op de grond, toch belangrijk is.
Het voelen van de ‘push back’, taxiën over de verschillende banen, aanschuiven in de vliegtuigfile, en dan op de startbaan volle gas geven tot de remmen losgegooid worden.
Dan hou ik mijn zintuigen open om te voorspellen wanneer de wielen de aarde lossen, of is dat omgekeerd?
Iedereen is al lang een hoofdstuk verder in de gekozen video als ik terugkeer naar mijn adem .
Tussen de in hun film verdiepte mensen in het vliegtuig piept een lachend oogje van tussen de zetels voor mij. Noch de speeltjes (‘U gratis aangeboden door de luchtvaartmaatschappij), noch de door mama of papa gekozen tekenfilm konden die oogjes boeien. Ze koos om in het nu te zijn.
Zit daar toch wel een grappige meneer met baard en rond brilletje wat rond te turen, en piept die met zijn oogjes terug!
Contact!
De volgende uren wordt er heel wat ‘gepraat’ via ogen, lachen, mime en gek doen. Mama en papa vinden regelmatig dat gepast vlieggedrag voor je kijken naar de tekenfilm is, ook al lijkt ze mij daar nog wat te jong voor, misschien leefde ze pas twee of drie lentes.
Zij toonde mij haar opblaasbare vliegtuig, ik mijn tot straaljager gevouwen servet. Samen beleefden die avonturen in de lucht.
Het is te veel om op te noemen wat we uitspookten tijdens de vlucht maar een hoogtepunt was zeker de lepel die aan mijn neus kleefde.
Ach, de tijd ‘vloog’ voorbij.
Na het landen wou iedereen zo snel mogelijk het toestel verlaten om snel snel aan een lege bagageband geduld te beoefenen tot …eindelijk… de eerste koffers uit het niets verschijnen.
Mijn vriendinnetje wou bij het verlaten van de zetel nog afscheid nemen met de oogjes, maar daar dacht mama anders over.
Ik heb geen idee uit welk land mijn vluchtpartner was, welke taal ze sprak, hoe haar naam was.
Maar het was leuk om niet wetend te vertrekken en een reis lang in het nu te blijven en getuige te zijn van wat is.