In de Kloosterbunker zijn we ietwat nerveus. De kwestie is: kan een gebedsmolen vastlopen (en in de fik vliegen). De broeders en zusters zijn bekend met hellen, blaartrekkende en koude, maar willen deze oorden voorlopig mijden. En sinds de vraag gesteld is wordt de gebedsmolen toch met enige argwaan bekeken en behandeld. En niet meer gedraaid.
We belden met de gemeentelijke brandweer om antwoord te krijgen op de kwestie. Een wagen rukte uit, de bemanning kwam de molen inspecteren. De bevelvoerder begon de molen te draaien maar kon toch geen duidelijk advies geven. We belden met het hoofdkantoor van de Tibetaanse Gebedsmolen Industrie (TGI). En spraken met ir. Loopstra.
Wat een vraag, zei de ingenieur, lopen we allemaal niet eens vast. Denk je dat het een pretje is om hier te werken. Idioten die krankzinnige vragen stellen. Hebben jullie het naar de zin? Kijk eens om je heen, is het buiten wel zo leuk? Man, laat je niet leiden door angst. Zet een kopje gezegend water bij die molen en blus de brand als die ontstaat. Loopstra legde neer en riep nog- ietwat moeilijk te verstaan: ‘ga zitten’.
Dat doen we maar: zitten, zitten, zitten. Laat maar komen en gaan.
Moge iedereen gelukkig zijn, met name jij.
Vrede en alle goeds.
Moedig voorwaarts!