Tweestrijd hoort eigenlijk meer bij de mens dan zonneklare keuzes. Mensen kunnen weliswaar redelijk goed nadenken over van alles, ook over zichzelf. Redelijk, dus wel goed maar niet perfect. Ondanks de gave van de redelijkheid blijven er hardnekkige dilemma’s over. Dat je denkt: de volmaakte visie is toch mogelijk? Valt tegen.
Een voorbeeld: in een documentaire, kort voor zijn dood opgenomen, kijkt Klaas de Jonge terug op zijn rol in het gewapende verzet tegen het apartheidsregime. Hij voert een confronterend gesprek met een invalide slachtoffer van de bomaanslag die hij mee hielp organiseren. Tussen die twee mannen ligt levensgroot het dilemma van het gerechtvaardigde èn onacceptabele geweld.
Of neem die absurde Poetin-oorlog. Ik lees dat duizenden Russische soldaten in een veldslag het leven hebben gelaten. Ik denkt ‘absurd, verschrikkelijk’, en tegelijk ‘goeie dreun voor meneer P’.
Na de vrede van 1945 gold ‘Nooit meer oorlog’. Al de oorlogen sindsdien droegen een dilemma aan: geweld is een waarden-loze oplossing, maar in dit uitzonderlijke geval moet het misschien toch toegepast worden, ter verdediging, of zelfs als aanval. Of toch niet?
Een ruimer perspectief, voorbij het geweldsdilemma: mensen zijn zowel sociaal als individueel. Consequentie: het dilemma tussen verbinding zoeken en afstand houden. Groepen gelijkgezinde individuen staan tegenover groepen andersgezinden. Lang geldt ‘leven en laten leven’, tot die ene sullige aanleiding zorgt voor een hevig conflict.
Nog iets ruimer: mijn leermeester Jan van Baal stelde dat de mens zowel apart staat, als part en deel is van een groter geheel. Mensen hebben hun handen vol aan de spanning tussen ‘apart’ en ‘part’. Van Baal zag hierin een aanleiding voor het ontstaan van religie. De heilige instantie helpt om dit dilemma te overstijgen.
Blijvende tussenstand: we zijn in staat om van een afstandje naar onszelf te kijken, we herkennen onze dilemma’s, en zoeken zuchtend verder.