De kleindochter van zeevisser Thijmen ontmoette onlangs op de parking voor de Kloosterbunker een wanhopige vrouw in een geparkeerde auto met een draagbare telefoon aan het oor. Ze belde haar man, die moest haar komen helpen, ze verkeerde in een onmogelijke situatie, zo bleek, zo ervoer ze dat.
De jonge vrouw vertelde de kleindochter dat zij niet weg kon rijden omdat er een dood konijn, later bleek dat een haas te zijn, voor een van de wielen van de auto lag en zij niet over het dode dier heen wilde rijden.
Mijn vriendin, de kleindochter van Thijmen, stelde de vrouw gerust en zei dat het dier in de konijnenhemel was en dat de jonge vrouw zeker geen schuld had aan de dood van het dier dat een wond aan de achterpoot had, waarschijnlijk op een weg was aangereden en onder haar auto beschutting had gezocht en daar was gestorven. De jonge vrouw kalmeerde maar wilde ook wegrijden, daarom had ze haar man gebeld. De kleindochter vroeg: zal ik je coachen en dat vond de andere vrouw goed. Met rukjes links en rechts aan het stuur wist ze de auto zo te manoeuvreren dat het dier niet werd geraakt en zij weg kon rijden.
Gisteren zag mijn vriendin een tweede, maar nu levende haas in de privétuin rond de Kloosterbunker. Op zoek naar het dode familielid?
We spraken over het dilemma om niet over een dood dier te willen rijden. Ik zou dat ook niet doen. Maar lang geleden reed ik op een landweggetje een poes aan. Het halve (achter)lichaam van de kat was platgereden, ik zag dat nadat ik gestopt was. Het was vreselijk om te zien en te horen. Ik zette de wagen in zijn achteruit en reed nogmaals over het dier zodat er een eind aan het lijden kwam. Het was een afschuwelijke daad, gevoed door liefde. Ik ben het nooit vergeten. We waren beiden op een verkeerd moment op een verkeerde plek.
Moedig voorwaarts!
BIJSLUITER: het lezen van deze columns kan leiden tot groot geestelijk ongemak, woedeaanvallen, depressies, onbeheerst gedrag, angstaanvallen, maagzuur, zweten, ongeloof, twijfel aan eenieder, straatvrees, lange tenen en het geloof in het eigen gelijk. Bij de lezers. Scheldpartijen en een onbedwingbare drang om te reageren zijn waargenomen. Sommigen willen mij corrigeren. Of bedanken. Of prijzen. De drang om in verzet te komen is waargenomen, het abonnement op te zeggen. Sommigen besluiten de krant niet meer te lezen, of te boycotten. Er kwaad over te spreken. Te janken of te vloeken. De straat op te gaan om te demonstreren maar niet weten waartegen. Het boeddhisme de rug toe te keren. Of aan de drugs te gaan. En zo gaat het maar door.