Vraagje: als je naar de religies van de wereld kijkt, zijn er dan indelingen mogelijk die uitgaan van overeenkomsten, in plaats van verschillen? Meer onderling begrip kan interessant zijn voor een wereld in crisis.
De standaardindeling uit de handboeken is: wereldreligies, stamreligies en nieuwe religies. Van de wereldreligies hebben we er vijf: hindoeïsme, boeddhisme, jodendom, christendom, islam. Van religies gekoppeld aan een stamsamenleving zijn er een paar duizend. Uit het contact tussen religies en culturen zijn enkele honderden nieuwe religies voortgekomen.
De driedeling in wereld-, stam- en nieuwe religies gaat uit van een religie als een zelfstandig geheel van geloofsovertuigingen, rituelen en morele regels. Zo’n geheel is typerend voor de identiteit van een groep mensen. Als we een religie zo omschrijven, ligt de nadruk op verschillen tussen religies.
Maar je zou ook kunnen letten op dwarsverbanden, over de grenzen van al die religies heen. Zoiets gebeurt natuurlijk al als we jodendom, christendom en islam onder de noemer van ‘monotheïstische’ of ‘Abrahamitische’ religies brengen. Maar er zijn meer van zulke noemers.
Gelovigen kunnen bijvoorbeeld binnen hun eigen religie een voorkeur hebben voor mystiek als direct contact met het heilige, buiten de bemiddelende geestelijkheid om. Aan de rituele kant speelt meditatie dan vaak een rol. Dit type religiositeit kan zo’n basale identiteit bevorderen dat gelovigen uit verschillende religies elkaar herkennen. Of, nog directer, dat een gelovige de mystieke en meditatieve elementen uit meer religies benut. Een katholieke zuster praktiseert bijvoorbeeld in haar klooster Zen. Deskundigen spreken dan van ‘multiple religious belonging‘, MRB.
Een ander voorbeeld stoelt op het onderscheid tussen officiële en volkse religie. Dat is vooral aanwezig als de organisatie van een religie verticaal is. Doorsnee gelovigen weerspiegelen niet altijd de leer die van boven, soms met een beroep op Boven, wordt uitgedeeld en gehandhaafd. In de volkse variant ligt de nadruk op religie als probleemoplosser. Vaak spelen lokale heilige figuren daar een rol in. Gelovigen van dit type maken gemakkelijk gebruik van het aanbod van buurreligies, vooral als men ervan overtuigd is dat het werkt. Alweer: MRB. De clerus zal dit dwarsverband meestal afkeuren – of inkapselen en onder eigen beheer brengen.
Een derde voorbeeld: het onderscheid tussen rekkelijken en preciezen, of heterodoxen en orthodoxen, of vrijzinnigen en fundamentalisten. Er zijn meer religies waarbinnen deze onderscheidingen een rol spelen. Meestal zijn de preciezen te precies om de overeenkomsten zwaarder te laten wegen dan de verschillen, maar bij de rekkelijken slaat de balans wat gemakkelijker door naar de kant van de dwarsverbanden.
Dwarsdenkers zijn gelovigen die, zoals in deze drie voorbeelden, niet zo gemakkelijk meegaan met het exclusieve officiële aanbod. Zij zullen wat gemoedelijker omgaan met de overeenkomsten, terwijl de rechtdenkers juist werk zullen maken van de verschillen.
Maar wat is het nut van dwarsdenken?
Onze wereld is op een punt gekomen dat er een overmaat is aan dreigingen en problemen. We hebben onze handen vol aan milieucrisis, geweld, migratiestromen, ongelijke welvaartsverdeling, economische en medische crises, opkomend nationalisme, en allerlei daaruit voortvloeiende conflicten.
Een Amerikaanse politicoloog, Huntington, verwachtte op grond van trends in de 20ste eeuw dat de 21ste gekenmerkt zou worden door oorlogen met een religieuze aanleiding. Die eeuw was nog niet begonnen of 9.11 leek hem al gelijk te geven. Uiteraard ligt in zo’n voorspelling de nadruk op de verschillen.
Je zou ook kunnen denken: als die verschillen zo explosief zijn, is het hoog tijd de overeenkomsten te benadrukken. Die zorgen ook wel voor onderscheid, maar ze halen de angel uit Huntingtons voorspelling. De leken moeten dan wel even hun geestelijke leiders trotseren. Maar bekering is voor religieuze leiders vast een kernbegrip. En MRB-ers laten al zien dat met overeenkomsten zinnig te leven is.
Dwarsdenkers moeten het hebben van dwarsverbanden.
Piet Nusteleijn zegt
Allereerst moet iedereen vaststellen dat elk geloof, elke religie, gewoon door mensen bedacht is.
Dat is het ultieme dwars-verband.
Dan ga je sneller zien dat er veel gekkigheid is, en kunnen we er een beetje schamend lachen. Niets moet, maar dit wel.
Wulf zegt
Ik wordt altijd geroerd als ik in het ‘de religie waar ik toe behoor is de (enige) goede, eens iemand tegen kom die zegt ‘we streven ongeveer allen hetzelfde doel na, en daar heb je jouw passend pad voor nodig’. Ik werd laatst door dit Boeddhistisch Dagblad geattendeerd op het boekje ‘Opmaat tot de Eeuwigheid’ van ex bisschop van Breda Martinus Muskens. Dit is ook zo’n persoon. Hij beschrijft de herkenning van samenhang die hij ervaart tussen christelijke religies en het boeddhisme. Zijn leven eindigde zeven jaar geleden als kloosterling en ik ben door zijn teksten nu fan van hem.