De jonge journaliste liep vrolijk door de gang op de krantenredactie. Ze passeerde de kamer waarin ik werkte. ‘Wat ben je vrolijk’, zei ik. ‘Ja, ik krijg een vaste aanstelling bij de krant en ben op weg naar de hoofdredacteur om het contract te tekenen.’ ‘In welke schaal ben je ingedeeld’, vroeg ik. Ik schrok toen ze het vertelde, een vrouw met zoveel talenten. Ik was toen lid van de redactiecommissie die ook over beloning ging en stapte op de hoofdredacteur af om hem te zeggen dat dit niet kon. Hij vatte het sportief op, nam de collega aan en zette haar in een hogere schaal en een hogere trede.
Ik was toen zelf ingedeeld in de hoogste salarisschaal van de cao voor journalisten. En verdiende een goed salaris. Ik had niet hoeven te knokken om in die schaal terecht te komen. Ik was een man en de collega die ik opvolgde- hij viel tijdens zijn werk dood neer in de redactiezaal, zat ook in die hoogste klasse. Was ik een vrouw geweest met dezelfde kwaliteiten en achtergrond dan was ik waarschijnlijk lager ingedeeld. Ook in de dagbladjournalistiek was er in die tijd een flinke salariskloof tussen mannen en vrouwen. Nu is het een hot item- vrouwen verdienen soms 10 procent minder dan hun mannelijke collega’s met dezelfde kwaliteiten. Waarom dat is weet niemand, het is historisch zo gegroeid, zeggen ze.
Mijn redactieleider op de krant was ook een vrouw en had veel kwaliteiten. Een begenadigd schrijver ook. Zij zat een schaal lager dan ik aan het cao plafond. Dat is geen kattenpis, elke trede in de hoogste schalen betekende elk jaar een salarisverhoging van zo’n 4000 gulden, en was een automatisme. Zat je in de hoogste schaal tegen het eind van de treden, dan kon die schaal nog worden opgehoogd met een zogenoemde dakkapel constructie. Daar was het altijd droog.
In die tijd wisten journalisten niet dat hun vrouwelijke collega’s voor het zelfde werk minder verdienden. Of ze zagen het als iets natuurlijks. Je kwam er pas achter als ze vrolijk door een gang liepen.
Moedig voorwaarts!
Ruud van Bokhoven zegt
Het is zoals het gaat, kijkende naar jezelf, alleen naar de weg voor je en niet opzij.
Het is geen verwijt, maar een algemeen tendens die jammer genoeg nog steeds de zelfde volgt.
De mensheid is gelijk.
Namesté.
Wulf zegt
Een hoop gezeur over salarissen momenteel. En al die demonstraties om procenten erbij. Zelden zie je het branches van de echte sociale minima het doen. Wat ga je met dat geld doen wat nu niet kan? Meer reizen, meer luxe? Wat hebben we echt nodig om van te kunnen leven? We kijken naar anderen en willen ons onderbetaald slachtoffer voelen. Blijkbaar niet in de gaten hebbend dat de loonsverhogingen weer doorberekend gaan worden in prijzen, premies en belastingen. En dan voeren we aan dat er meer betaald moet gaan worden om aan voldoende collega’s te kunnen komen. Die trekken we dan weer weg uit andere branches die op hun beurt ook weer knijp komen te zitten en gaan demonstreren. Allemaal een kenmerk van een oververhitte economie waarbij er zoals bij een crisis ook geklaagd wordt maar dan anders.
Wulf zegt
Het duurt lang, het na-ijlen van het 2e rangs burgerschap van de vrouw. En de markteconomie en overheid wat daar gebruik van maakt(e). In Bunschoten-Spakenburg hebben ze afgelopen week een nieuw college kunnen vormen met geen enkele vrouw er in. Dat mag helaas nog steeds.