Laatst sprak ik met een lieve vriendin over het angstigste moment in haar leven. Dat loog er niet om. Het gebeurde al lang geleden maar toen zij met haar partner het thema angstige momenten besprak kwam het zo maar boven. Zo’n impact had dat op haar. Gelukkig liep het goed af.
Ik zou niet goed kunnen benoemen wat mijn angstigste moment is. Toen ik als vierjarig jongetje bijna verdronk en mijn moeder mij redde, was ik meer verwonderd dan bang. Ik herinner me nog de stilte van het onder water zijn, de groenheid van het water. Als politieverslaggever werd ik regelmatig ernstig bedreigd. De schurken zouden mij en mijn gezin elimineren. Ik was dan wel bang maar niet angstig. In bangheid heb je de touwtjes nog wel in handen, ook al wordt je huis bewaakt door politiepatrouilles, staat het alarmsysteem aan en liggen de honkbalknuppels naast het bed. Angst maakt klein, dan vecht je niet maar sla je op de vlucht. Mijn vriendin hield ook het hoofd koel.
Toen ik op een dag werd opgenomen in een ziekenhuis om mijn heupkop te laten afzagen en te laten vervangen door een prothese was ik in eerste instantie wel angstig. Ik was bang voor het onbekende. Ik mediteerde vlak voor de opname en voelde mij verbonden met boeddhisten en anderen. Dat gaf heel veel geestelijke rust. Zoveel dat de chirurg vlak voordat hij de zaag in mij zette daar een opmerking over maakte.
Misschien dat ik wel angstige momenten heb gekend maar dat ik daar een andere betekenis aan geef. Het wordt pas erg als je iets erg vindt. Denk ik.
Moedig voorwaarts!
Joke zegt
?