Deze week was in het nieuws dat de wapenhandel is toegenomen. De fabricage ervan en de verkoop. Waarschijnlijk heeft niemand daar wakker van gelegen. Maar die dodelijke wapens, want daar gaat het hier om, moeten ook gemaakt worden. Door mensen, arbeiders die elke dag al of niet met hun broodtrommeltje naar hun werk gaan. Om medeplichtig te worden aan moord al heet dat anders als het om oorlogsvoering gaat. Dan gelden andere wetten. Maar voor mij is het moord. Als ze thuiskomen vraagt hun partner: ‘En, hoe was je dag’? ‘Prima, vandaag weer honderd Glocks gemaakt. Het gaat hartstikke goed met het bedrijf, de vraag is enorm toegenomen. Ik zal wel een vette bonus krijgen met de kerst.’
Deze week was het gebruik van wapens in het nieuws. Op TV zag ik een tank een schot lossen op een doel. Het was Syrië. De tank sloeg even achteruit toen de granaat de loop verliet. Ik schrijf tank, maar in dat ding zitten mensen die op de knop drukken. Ze zijn medeplichtig en medeplegers aan moord. Het doden van mensen. Ik kon het niet laten, sprong uit mijn stoel op en riep luid: ‘Lafaards.’ Iets anders kon ik niet bedenken voor deze moordenaars op afstand. Als de soldaten thuiskomen vraagt hun partner: ‘En, hoe was je week?’ ‘Ja, goed, ik zat veilig en hoog en droog in de stalen tank, we hebben weer veel mensen kunnen doden.’
Moedig voorwaarts!
Piet Nusteleijn zegt
Zullen we in de toekomst “de oorlog niet meer leren”?