In een oorlog sta je je vrienden bij. Israël behoort tot onze vrienden, en een vriend blijft het. Niet alleen om historische redenen, maar ook om geostrategische. Pak de kaart van het Midden Oosten erbij. Het is de enige democratische bondgenoot van betekenis.
Israël moet niet worden verward met de huidige regering-Netanyahu. Het is met de mensen van Israël dat wij solidair moeten zijn evenals we dat zijn met Palestijnen en anderen in de regio. Het is een zeer complexe regio, met zoveel problemen die een blijvende verzoening in de weg staan.
Een centrale vraag van de staat Israël is of het een religieus joodse staat is onder rabbijns recht of een seculiere staat van joden en niet-joden, waarin iedereen gelijkberechtigd is voor de wet. Alleen al het antwoord op deze vraag dreigt de Israëlische democratie en rechtsstaat fundamenteel te ontwrichten nu er een Likud-regering met een ultranationalistisch randje aan de macht is.
Macht corrumpeert en absolute macht corrumpeert absoluut. Alleen als democratie kan de staat Israël zijn legitimiteit als bondgenoot voor liberale democratieën blijvend behouden. Een permanente staat van oorlog kan de afbraak van democratie naar een gemilitariseerde autocratie versnellen.
Genoeg is genoeg geweest. Er is na het begin van het staakt-het-vuren geen rechtvaardiging meer om in het geweldsspectrum uit te schieten naar massale bombardementen om enkelingen van het leiderschap van Hamas uit te schakelen. Om collectief en verboden de gehele bevolking van Gaza te straffen door het afsluiten van de toevoer van water en elektriciteit. Of dit in de eerste fase van het conflict proportioneel en toegestaan was, is aan de rechter.
De invoelbare emotie onder het grote publiek leidt tot grote woorden die verzoening in de weg staan. De vraag is niet aan de orde van wie welke grond is. De vraag die wel aan de orde is, is hoe er duurzaam en vreedzaam kan worden samengewoond in een verscheurde regio. Er zullen van alle zijden belangrijke concessies moeten worden gedaan. Elkaar terroristen blijven noemen en niet de mens in de mens zien, het is allemaal niet behulpzaam.
Boeddhisten zouden een voorbeeld kunnen nemen aan Thich Nhat Hanh, die Palestijnen en Israëliërs bijeenbracht voor dialoog over verzoening. Verslaafd aan een soort utopisch pacifisme zouden boeddhisten er goed aan doen de staatsraison als een van de vormkrachten van de geschiedenis te erkennen. Als er iets ontbreekt aan het boeddhistisch narratief, dan is het wel het gevoel voor een realistische balans en de tijdelijke onoplosbaarheid van situaties dat we in de canon bij broeder Gautama aantreffen.
Iedereen lijdt in dit conflict, niet alleen inwoners van Gaza, ook de piloot die zijn bommen dropt.
Het wordt tijd dat de krachten van de vrede een kans krijgen. Oorlogen ontstaan makkelijker dan dat ze uitdoven. In de humaniteit rust echter een diep verlangen naar vreedzaam samenleven. Het zou niet de eerste keer zijn dat op een langdurig conflict een nieuwe vrede volgt. Het is eerder vertoond. Democratie en rechtsstaat zijn op dit moment betere bakens om op te koersen dan de malle onzin die vaak uit naam van de dharma wordt verkondigd. Boeddhisme gaat mank aan erkenning dat het van zichzelf onvoldoende in voorraad heeft om vrede te stichten tussen mensen. De dharma is geen richtsnoer voor wereldse staatsmanskunst, nooit geweest ook. Hier geldt eveneens: genoeg is genoeg.
Geef een reactie