Burgers van Nederland,
Hoe lang nog laten wij het aan politici over om te bedenken wat ons gelukkig maakt?
Acht jaar na de financiële crisis durven politici nog steeds niet over beleid te praten dat ons gelukkiger maakt en ons op lange termijn een beter leven geeft. We zullen dus onze eigen stem moeten gebruiken om te zorgen dat het dáár eindelijk eens over gaat!
Nog steeds denken politici dat wij gelukkiger worden van het reiskostenforfait of de hypotheekrenteaftrek: Wees niet bang, die houden we overeind! Ze doen alsof het verhogen van de koopkracht met een halve of een kwart procent, invloed heeft op ons levensgeluk. Dan wel of ons geluk vanzelf omhoog gaat, zodra het overheidstekort weer daalt of de economie groeit. Een ander denkt weer dat geboren Nederlanders gelukkiger worden als Moslims hun geloof niet meer kunnen uitoefenen. Echt?
Gevoelens en persoonlijke ervaringen horen nog steeds in politiek en bestuur niet thuis. Nog steeds bespelen de meeste politici tot vervelens toe onze zakelijkheid en ons (groeps)egoïsme. En anderen, in reactie daarop, onze meest negatieve gevoelens. Bijvoorbeeld door bijna bij elk onderwerp over ‘onze duurbetaalde belastingcenten’ te spreken, omdat ze dat op mediatraining hebben geleerd. Of door bij verkiezingen weer eens met ‘minder belasting’ onze stem te kopen. Maar bij populisten mogen gevoelens wel. En dan springen ze opeens de pan uit. Alleen niet in de context van geluk, maar van angst, boosheid en ontevredenheid. Dat gebeurt er wanneer politici onze koopkracht belangrijker vinden dan onze positieve drijfveren en ons verlangen naar geluk.
Ondertussen zijn wetenschappers al jarenlang doordrongen van de samenhang van gevoel en verstand. Al ver vóór de financiële crisis ontwikkelden statistici indicatoren om ons welzijn en onze tevredenheid met het leven te meten. Gelukswetenschappers verzamelen zelfs al bijna 50 jaar(!) kennis over geluk, de oorzaken en de consequenties ervan…
Maar nee. Als het om ons geluk gaat, zijn politici, beleidsmakers én de journalistieke elite vrijwel niet geïnteresseerd in onderzoek en feiten, maar bedenken ze het liefste zelf wat onze levens beter kan maken. Dingen waarmee ze in verkiezingen kunnen scoren en waar het hardst over word geroepen—met weinig oog voor de lange termijn en voor wat onze levens werkelijk raakt.
‘En jij wilt het hebben over geluk? Doe niet zo naïef!’ Laten we het maar zeggen zoals het is: onze elite vindt geluk te zacht, te vrouwelijk, te wollig en poezelig— en is niet in staat te ontdekken dat dit beeld van geluk allang door de werkelijkheid is achterhaald.
Maar juist het denken in termen van geluk biedt een unieke mogelijkheid om politiek en bestuur transparant te maken. Om in beeld te krijgen wat werkelijk belangrijk is. En om na te gaan of onze politici dáár iets aan doen.
In het onderstaande manifest zal ik laten zien welke kennis en inzichten over geluk al jarenlang door beleidsmakers en media in ons land worden genegeerd. Niet met boos opzet, maar door een merkwaardig soort veronachtzaming. Een diep ingesleten gevoel dat zoiets moois als geluk of een fijn leven, gewoon niet mee kán tellen in de politiek…
Ik zal jullie laten zien hoeveel wij al weten over geluk en welke invloed de overheid daarop kan uitoefenen. Ook al ligt de verantwoordelijkheid voor ons geluk in de eerste plaats bij onszelf, de invloed van de overheid daarop is veel groter dan de meeste mensen denken.
Uitgerekend ‘geluk’ als meetlat kan ons helpen om te zien hoe het geld van de overheid zo nuttig mogelijk (in menselijke termen) wordt besteed. Namelijk dáár, waar je voor hetzelfde geld het meeste geluk bevordert.
Deze simpele – en zuinige– gedachte, die al een aantal jaren in kringen van geluksdeskundigen bekend is, heeft onze bestuurders echter nog niet bereikt…
Ik zal vertellen hoe zelfs de parlementaire commissie Breed welvaartsbegrip vrijwel geheel aan het onderwerp geluk voorbij is gegaan. En ik zal jullie laten zien in welke rapporten, zelfs door internationaal vermaarde economen en statistici, deze inzichten over geluk als ‘maatstaf voor een betere besteding van overheidsgeld’ te vinden zijn —zodat je je met mij kunt verbazen hoe een complete parlementaire commissie, van links tot rechts, daaraan is voorbijgegaan.
Dat wij steeds meer over geluk weten, danken wij ook aan een baanbrekende ontwikkeling in de psychologie (die eveneens al decennia gaande is). Dat is de opkomst van de positieve psychologie. Daardoor weten we steeds meer over wat wij zelf aan ons geluk kunnen doen.
Maar verdient die nieuwe kennis het niet om opgenomen te worden in het leerplan van onze scholen? Moet deze niet worden meegenomen in de inrichting van de zorg, waaronder de geestelijke gezondheidszorg? En heeft de overheid geen taak om te zorgen dat onderwijs en zorg bij de tijd blijven?
Jullie weten het misschien niet, maar meer dan 200 jaar geleden kwam ons volk ook al in opstand tegen de elite. Dat was in 1781. Acht jaar vóór de Franse revolutie. Een enkeling kan zich daarvan iets uit de geschiedenisles herinneren. Dat was de Patriottische revolutie. Maar heeft iemand ons ooit verteld dat die opstand eigenlijk draaide om geluk?
Ook dat zal ik jullie vertellen. Opdat je nooit meer zult vergeten waarvoor onze voorouders in 1781 hebben gestreden en zelfs niet…hoe het komt dat wij Nederlanders het icoon van Berlijn, de beroemde Brandenburger Tor, hebben betaald.
Aan het slot van dit geluksmanifest zal ik schetsen wat politieke partijen en ook wijzelf kunnen doen om meer geluk voor meer mensen mogelijk te maken. En wat wij kunnen doen om geluk een blijvende plaats in het bestuur van ons land te geven. Want ons geluk is te belangrijk om aan één partij over te laten.
Lees hier zijn Politiek Geluksmanifest 2017.
Piet Nusteleijn zegt
In dit artikel en in het Geluksmanifest raadt Akshaya ons aan ook zélf na te denken over wat je gelukkig maakt. Nadenken over wat je gelukkig maakt..
in het boek ‘Vrij van verslaving, een spirituele benadering’, maakt de schrijver Deepak Chopra een onderscheid tussen ‘geluk’ en ‘Vreugde’.
Op p. 21: “Geluk is iets waar we naar op zoek zijn, waar we naar streven, waar we desnoods voor vechten en zelfs proberen te kopen. Vreugde is iets dat we zijn”.
In het laatste hoofdstuk geeft Chopra zijn eigen 12 stappen aan om verslaafdheid plaats te laten maken voor ware vreugde in het leven.
Het boek helpt om na te denken over wat je gelukkig maakt.
Een aanrader. Met groet.
G.J. Smeets zegt
“In dit artikel en in het Geluksmanifest raadt Akshaya ons aan ook zélf na te denken over wat je gelukkig maakt. Nadenken over wat je gelukkig maakt..”
Akshya de Groot adviseert dat niet in dit artikel. Hij adviseert iets anders: wetenschappelijke kennis (over objectieve voorwaarden voor tevredenheid / geluk) aanwenden in politieke besluitvorming en overheidsbeleid.