Mensen vragen hoe ze kunnen omgaan met emoties. Het is al moeilijk genoeg om met de dingen buiten ons zelf om te gaan, zonder bezig te moeten zijn, het te moeten uithouden met wat in ons opkomt. Wanneer we zeggen ‘omgaan met’ bedoelen we oplossen, of controle hebben over. We denken: Hoe kan ik mijn emoties oplossen? Dit betekent: Hoe kan ik alleen die emoties hebben die ik wil en nooit degene die ik naar vind?
In boeddhistische terminologie is emotie samudaya. Dit is een woord uit het Sanskriet en betekent ‘dat ze opkomen’. ‘Ud’ betekent ‘op’. Udaya betekent ‘ze komen op’. En sam betekent dat ‘ze opkomen met iets’. Met wat? Dukkha. We kunnen dukkha de schuld geven. Wat is dukkha? Jij bent. Ik ben. We zijn allemaal.
Dukkha is soms weergegeven als lijden, of beproeving of ontevredenheid – in feite heeft niemand een perfecte vertaling gevonden. Dukkha is wat opkomt en je vertelt: Je ben nog steeds in leven. De meeste mensen houden daar niet zo van.
Verstoring
We kunnen zeggen dat dukkha verstoring is. Dukkha is verstoring. Dukkha is ook geen-verstoring. Wanneer we niet verstoord worden zijn we bang voor verveling. We worden vlak. En dat vinden we niet plezierig. Wanneer je mensen in een cabine met aangenaam warm water stopt, voelt dat gedurende ongeveer twintig minuten erg fijn aan. Maar dat genotsgevoel ebt weg, zelfs als men betaald krijgt om zolang men wil in dat warme water, in die cabine te blijven, gaan de meesten al gauw smeken of ze er uit mogen.
Nietsdoen doet pijn. Dus we houden niet van geen-verstoring. Maar we houden ook niet van verstoring, omdat het ons vertelt dat we niet in controle zijn over wat er gebeurt.
Liever een rots zijn?
Niet alleen hebben we geen controle, maar we zijn ook nog in leven. Zonder controle zijn, zou niet zo erg zijn als je een rots bent, toch? Rotsen kennen geen emoties. Dus het meest fundamentele dat emoties ons vertellen is dat we nog steeds in leven zijn. Je bent nog steeds menselijk.
Er zijn vormen van spiritualiteit die er naar streven om mensen zich als een rots te laten gedragen. Dit is een van de redenen waarom mensen beginnen met meditatie. Zitten als een rots. Maar dit is niet wat Boeddha zich voorstelde over hoe meditatie zou moeten zijn. Misschien is dit wel de reden waarom er oorspronkelijk een taboe ruste op het maken van boeddhabeelden. De oorspronkelijke, originele uitbeelding van de Boeddha was ruimte – een lege stoel, een gezegde, of voetafdrukken. Ruimte heeft mogelijkheden. Een rots is… nou ja, een rots.
De Spock schijnredenering
Dus het oplossen van je emoties zou kunnen betekenen dat je niet langer bent wie je bent? Dat zou goed kunnen zijn, toch? Als je volgens deze redenering een ruimtewezen bent, zou je misschien de hele tijd gelukkig zijn. In feite hoef je dan niet naar de planeet Vulcan te gaan- een fictieve planeet uit het universum van de televisieserie Star Trek. Er zijn drugs die dat effect geven, maar we weten allemaal dat de gevolgen van drugsgebruik nare consequenties of zelfs de dood tot gevolg kunnen hebben.
In feite zou een echte bewoner van planeet Vulcan, als die al zou bestaan, een levend wezen zijn en daarom emoties hebben. Verstoring en geen verstoring op planeet Vulcan mag dan een beetje anders zijn, maar niet heel anders dan voor ons. Leven is dukkha, samudaya. Het is universeel, niet alleen voor mensen maar ook voor schapen, kakkerlakken, vogels en geen twijfel mogelijk, ook voor dinosaurussen, toen die nog leefden – dukkha, samudaya, dat is het leven.
Zoveel mogelijk leven
Wat is er nu echt nodig? Wat gevraagd wordt is niet om minder te leven, hoe zou je dat ook moeten doen. Wat echt nodig is, is meer te leven. In feite kan je niet meer leven hebben dan je hebt gekregen, maar je kan stoppen met proberen een rem te zetten op dat leven.
Je kunt het raam openen en de levenswind laten waaien door de ruimte, de kamer waarin je je verbergt.
Misschien vind je dat gevaarlijk, denk je dat er een tijger door het raam zal springen en je op zal eten of dat een tsunami je zal overspoelen zodat je verdrinkt. Deze ideeën zouden op kunnen komen. De tijger zou je kunnen verrassen. Maar dan heb je tenminste een moment van echt puur leven gehad, voordat je wordt opgegeten. Meer waarschijnlijk is het, dat een hele schare verschillende dingen door het raam naar binnen dwarrelt en op je af komt- goed, slecht en neutraal.
Verban de dam
Weet je, zoeken naar geluk brengt je van de regen in de drup. Geluk is een af en toe voorkomend verschijnsel in het leven. Het Engelse woord ‘happiness’ lijkt dit al uit te willen drukken: ‘Hap-piness’ betekent ‘het is iets dat gewoon gebeurt’. Er naar zoeken betekent proberen de stroom, de rivier van het leven te onderbreken. Je kunt proberen een dam in de rivier van het leven te bouwen, maar je kunt het water niet voor altijd tegenhouden.
De reden dat we bang zijn voor de innerlijke tsunami is dat we weten dat we al te veel ingedamd hebben. Als we ons leven gewoon hadden laten stromen als een natuurlijke rivier, dan was er nooit de mogelijkheid van een muur van water ontstaan, waar we zo bang voor zijn. De reden dat veel mensen soms bang zijn om ‘nee’ te zeggen is dat ze veel meer willen zeggen dan alleen maar nee. Ze zijn bang dat de dam doorbreekt, bang om overspoeld te worden. Het is de innerlijke, moorddadige woede die ze dreigt te overmeesteren. Om dat te voorkomen spelen ze toneel, er verschijnt een gemaakte lach op hun gezicht en ze zeggen beleefde dingen, die haaks staan op wat ze werkelijk denken en voelen. De dam wordt hoger en hoger. Wees op je hoede voor mensen bij wie dit speelt. En misschien zijn we zelf wel een van deze mensen.
Dharma onderzoek
Wat beveelt het boeddhisme aan? Studie. Onderzoek. Denk niet dat je het al weet. Ga door met verkennen. Je weet nooit wat zich om de hoek bevindt. Herinner je de lessen en studietijd. Herinner je je dat de boeddha’s je accepteren precies zoals je bent, het is gewoon te gek. En bestudeer wat en wie je bent en wat zich voordoet in je leven.
De wereld van de boeddha’s bevat veel meer dan we ons kunnen voorstellen. Wees bereid om je te laten verassen. Dat is alles. Onderzoek. Ontdek de werkelijkheid. Ja, dat is alles. – en ik bedoel niet onderzoeken zodat je kunt veranderen. Ik bedoel niet ontdekken om toe te dekken. Wat ik wil zeggen is: zie wat er echt is. Vergeet het zelf-perfectie project en neem het gewoon zoals het is.
Misschien vindt je veel hebberigheid, of dwangmatige gewoontes, ben je wanhopig, angstig. Hoe dan ook, het is wat het is. Het is leven. Het is mens zijn. Menselijk zijn is beter dan onmenselijk zijn.
Stop niet
Wanneer je je onderzoek hebt gedaan, onderzoek dan nog meer. Je bent nooit klaar. Dat vraagt natuurlijk om vertrouwen. Weet dat gedurende dat onderzoek de boeddha’s toekijken en schuddebuiken van het lachen. Maar het is een vriendelijk lachen. Ze lachen omdat je een beetje dichterbij hen komt.
Een boeddha is niets speciaals. Dat is wat ze zo bijzonder maakt. Ze zijn levend. Misschien ben je verdrietig omdat je moeder stervende is. Welke emotie zou je anders moeten tonen? Misschien ben je angstig omdat je baan, je sociale positie bedreigd wordt. Dat is normaal. Je kunt je afvragen: Wat is het ergste dat er kan gebeuren? Dan zal je handelen naar wat de situatie van je vraagt. Omgaan met de situatie, is echt iets anders dan proberen de emoties op te lossen.
Oplossen door niets op te lossen
Er zijn extreme situaties waarin de emotie zo sterk zijn dat ze je letterlijk verlammen. Dat gebeurt soms. Als je verlamd bent, dan ben je verlamd. Er is niets om je voor te schamen, het zal weer voorbij gaan. Je zult je realiseren, je herinneren, dat elk gevoel, elke emotie je iets heeft te leren- het is iets onverwachts. Dus onderzoek en ga door met onderzoeken. Wat er ook gebeurt, ga door met leren. Jezelf bestuderen is ook leren over de ander. Wanneer je je zelf echt kent, dan zal je niet zo bezorgd zijn om jezelf – je blijft leren, het leven gaat door met zijn lessen.
Dus, onderzoek het echte leven. En als je iets ontdekt, elementen van dat echte leven, maak dan hier de basis van voor meer onderzoek. En onthoud: De manier om emoties op te lossen is door ze niet op te lossen. Wanneer het leven op je deur klopt zeg niet: ‘Buitenaardse wezens zijn hier niet gewenst, maar kom binnen en geef me les – ik heb nog iets te leren.’
Siebe zegt
Je hebt mensen die zien het mens-zijn, met alles wat daarbij hoort, dus ook de leed veroorzakende neigingen als de hoogste levensvervulling. Zij bedrijven een soort levenskunst.
Ik zie zoiets bij de Boeddha niet. Boeddha was daar volgens mij niet mee bezig. Hij onderzocht nauwkeurig bij zichzelf wat leed veroorzaakt en wat niet, wat wijsheid verzwakt en niet, wat vrede is en verstoord. Wat leed veroorzaakte en wijsheid verzwakte zag hij kennelijk als een gevaar, als iets om afstand van te doen, te ontwortelen.
De sutta’s beschrijven dat hij zo ook echt afstand deed van de neiging tot kwade wil, zintuiglijk verlangen, twijfel, identiteitsvisie, rusteloosheid, gehechtheid aan regels en rituelen, begoocheling, hebzucht naar fijne mentale staten. Die neigingen waren compleet ontworteld, afgesneden van hun voeding.
Dat was wij vaak menselijk noemen, “het is menselijk kwaad te worden Siebe, te twijfelen, rusteloos te zijn, lust te ervaren, eigendunk te hebben etc”, dat had de Boeddha volgens de sutta’s niet meer.
Hij was geen mens die zeg maar uitdroeg, “wees en leef vooral als een compleet mens”, d.w.z met al die leed veroorzaken neigingen. Nee beeindig die juist.
Wat nu als je al die menselijke trekken, ook de onheilzame beschouwt als iets wat echt onvervreembaar bij je hoort, als wat je een echt en oprecht mens maakt, als wat je een compleet mens maakt. Kan dat dan gaan werken als je toch ook de dhamma wilt beoefenen? Dat gaat wringen lijkt me.
Over verstoring. Nee, geen-verstoring is niet dhukkha en dhukka is niet geen-verstoring Elja. Die redenering klopt echt niet, vind ik:-) Als iemand niets-doet, komt er begeerte op en dat verstoort die persoon, dat is de verstoring.
Als iemand zich verveelt, is dat de verstoring in het niets-doen. In boeddhisme is geen-verstoring gelijk aan vrede en niet aan dhukkha. Dit moet echt goed uit elkaar gehouden worden, vind ik.
Jhana kent weinig verstoring maar helemaal geen enkele verstoring heeft de beëindiging van waarneming & gevoel, zo wordt onderwezen. Dus de Boeddha zag eigenlijk waarneming en gevoelen ook als verstoringen.
Het advies in de sutta’s is ook om het zo te zien. Dus om vanuit kalmte/vrede alles wat er ontstaat en bestaat aan vorm, gevoel, waarneming, mentale formaties en bewustzijn bij jezelf (en anderen) te beschouwen als een weerhaak, als een aandoening, als wezensvreemd, niet-zelf, leeg etc. zodat je alles loslaat, zelfs alles wat je ervaart als geluk.
Wat wij doorgaans ervaren als geluk, zoals enthousiasme, optimisme, aangename zintuiglijke gevoelens, zin aan iets hebben, gevoelens van schoonheid, warm contact, uitbundigheid, waardering krijgen etc. eigenlijk zijn dat binnen de leer ook verstoringen in de geest.
Hoewel de meeste mensen daar denk ik er wel op uit zijn, gaat de leer eigenlijk niet die kant op dat je iets geconditioneerds, wat dan ook, wilt ervaren, daar op uit bent, daar zin aan hebt, dat wilt uitnodigen en dat verwelkomt.
Dat is het lastige van de leer, vind ik, omdat het zo goed als onmenselijk is niet bepaalde tijdelijke ervaringen te willen hebben (begeren). Versta begeerte maar eens echt als de oorzaak van lijden.
Siebe
Sjoerd zegt
Mooie tekst.
Siebe zegt
Citaat uit de tekst:
“Dukkha is wat opkomt en je vertelt: Je ben nog steeds in leven. De meeste mensen houden daar niet zo van”.
Ik vind dit niet kloppen. De Boeddha heeft juist aangegeven dat iemand springlevend is zonder enige dhukkha, zonder enige verstoring. De beëindiging van waarneming & gevoel is bijvoorbeeld niet hetzelfde als de dood en is zonder dhukkha, zonder enige verstoring, ultieme vrede.
Het is juist de kernillusie te denken dat dhukkha of verstoring nodig is om het gevoel te hebben dat je leeft. Dat is een soort geromantiseerd of gedramatiseerd verhaal over jezelf en het leven. Ik lijd dus ik Besta.
Dat dhukkha je vertelt dat je nog leeft, precies dat is begoocheling. Precies dat is een obstakel op het Pad. Precies daardoor heb je zoveel moeite beëindiging toe te staan, en werkelijk vredig te worden.
Siebe