Reeds lang spreek ik op diverse plaatsen, ook in kloosters en met bekende andere leraren, over een mogelijkheid om eens te kijken naar wat veranderingen binnen het boeddhisme, zonder daarbij de kern te veranderen, integendeel: terug naar de kern te komen.
Een ieder die zich verdiept in het boeddhisme kan zien dat er in iedere stroming wel wat “verwatering” plaats vind. Ten eerste is er de assimilatie van de locale gebruiken en geloven, aangezien boeddhisme niets uitsluit en zich nergens tegen afzet. Zo vind je natuurlijk B’on en Hindoeïstische elementen terug in Tibetaans boeddhisme en zijn er zelfs in het, zich zo puur en zuiver noemende, theravada boeddhisme elementen van locale cultuur en animistische aspecten terug te vinden. Op zich niets mis mee, vermits we goed kunnen onderscheiden wat nu daadwerkelijk boeddhistisch is en wat niet.
Naast de nogal gemengde signalen met betrekking tot religies zie ik veel “tempel feestjes” daarbij word gedanst (soms in schaarse kledij), gezongen, vlees verkocht, en soms zelfs alcohol (vaak net buiten het terrein) alles voor de monetaire inkomsten, tenslotte. Daarnaast blijft er achteraf natuurlijk een enorme chaos achter op en rond het tempelterrein, welke vaak niet opgeruimd wordt. Denk dus ook dat we onze verantwoordelijkheid voor de aarde moeten nemen en het in harmonie samen leven met alles wat is. Houdt me ten goede: ik ben heus geen puritein, hoewel ik voor mij zelf heb ontdekt dat een stevige ondergrond in Sîla (Deugdzaamheid; de 5 voornemens) bijzondere effecten heeft. Maar wellicht zou toch op zijn minst in deze wereld waar alles al om omzet, inkomsten en interesse opwekken draait de tempel het goede voorbeeld kunnen geven. Vergis je niet: De Boeddha heeft gezegd dat de teloorgang van het boeddhisme afhangt van de sangha.
De giften die dan uiteindelijk opgehaald worden zie ik ook steeds weer besteed worden aan verfraaiing van de tempels of de bouw van weer een nieuw gebouw, nog mooier, nog imposanter, nog luxer. Zonder daarbij echt te denken aan het feit dat, hoe groter een complex word, hoe hoger de onderhoudskosten ervan ook weer worden. En ondertussen zien we medemensen en andere levende wezens lijden onder tekorten, geen dak boven het hoofd, geen juiste ziekenzorg of voeding. Juist nu in tijden van een epidemie. De Boeddha heeft nooit gezegd dat punna of punya slechts gezien word als het geven aan monniken of tempels. Het is alles wat je doet ten opzichte van de leefomgeving. Hierin is mijn vraagstelling heel simpel: Wanneer is genoeg, genoeg?
In sommige vormen zie ik ook dat vrouwen nog steeds een ondergeschikte rol is toebedeeld. Dat is jammer. Het is niet voor niets dat de Boeddha een orde van vrouwelijke monniken heeft ingesteld (Bhikkhunî of Bhiksunî). Dat ging toen al niet zonder slag of stoot. Vrouwen hebben recht op en mogen het middenpad (Majjhimapattipadda) bewandelen en kunnen net zo goed tot verlichting komen. Ik heb het niet over nonnen, maar volledig ingetreden monniken. Gelukkig zie ik steeds meer vrouwenkloosters opduiken, een beetje tegen de patriarchale instelling van veel Aziatische landen in. Maar het zou goed zijn als daarover duidelijke uitspraken werden gedaan die recht doen aan zoals het bedoeld is. Wat is toch die angst voor zelfbeschikking van de vrouwen die bij de mannen schijnt te heersen? Ben, omdat ik ook volgens de vinâya leef, in een aantal vrouwenkloosters geweest en kan niet anders zeggen dan dat ze zeer serieus bezig zijn.
Dan is er wat ik graag de “ritualiteit” noem. Soms verwatert de daadwerkelijke praktijk wel eens door het steeds maar uitvoeren van allerlei rituelen, zonder daar de echte achtergrond van te kennen. Dus dan ontstaat er dat men bidt tot Boeddha (met wierookstokjes in de hand) of dat men een kaarsje brand met een sterke gedachte, of dat men onafgebroken teksten prevelt zonder tot de diepe essentie daarvan door te dringen. Met al die zaken is wederom, inherent, niets mis, waarschijnlijk heel geschikt voor de saddha (geloof) groep van mensen. Maar het helpt niet bij inzicht en uiteindelijk wijsheid.
Hoe bedoel ik dat nou als ik het heb over het constant prevelen van teksten zonder inzicht? Ik noem twee simpele en voor ieder bekende voorbeelden, er zijn er legio. In het theravadaboeddhisme is bijvoorbeeld een tekst die iedereen kent en steeds weer opzegt:
Nammo Tassa Bhakavato Arahato Samma Sam Buddhassa, vertaald door de meesten als: Eer aan de gezegende, de verlichte, door zichzelf verlicht. Nou word dit vaak als een van de vroege teksten van het boeddhisme geaccrediteerd. Natuurlijk is het zo dat daadwerkelijk opschrijven pas begon gedurende de tijd van Asoka Maharaj. Maar stel je nou eens voor dat de Boeddha dat gezegd zou hebben? Zou een volledig verlichte, die zonder zelf is en niets meer van deze wereld nodig heeft, zich volledig bevrijd heeft, die eer nodig hebben en er om vragen? Dus hoe kunnen we die tekst ook zien? Dan, zou het eerbetoon dus aan de factor van verlichting in ieder mens zijn, dat wat in ons is en wat er voor kan zorgen dat wij “door onszelf verlicht worden”. De Boeddha heeft tenslotte in meerdere teksten gestipuleerd dat dit bestaan als mens op aarde bijzonder is. Dan zou het ineens een mooie belerende tekst worden waaruit we kracht kunnen putten. Dat wat de Boeddha gedaan heeft kan een ieder, vermits men daar de moeite, tijd, meditatie en inzichten voor verwerft.
Of in het Tibetaans boeddhisme: Om Mani Padme Hum, vaak vertaald als stralend is het juweel in de Lotus. Vaak dan weer verklaard als dat het juweel de Boeddha is. Maar als we de mantra op onszelf betrekken dan betekent het: Wij zijn een lotus, we pellen de blaadjes door middel van inzicht en meditatie af, en ontdekken dat in ons de mogelijkheid is tot verlichting.
Op deze manier kun je alle teksten betrekken op je zelf en er steeds meer inzicht door opdoen. Het wil dus niet zeggen dat de andere methodes “fout” zijn, het wil zeggen dat als je de saddha groep verlaat en langzaam tot de panna groep komt er meer inzicht mogelijk is en je daadwerkelijk aan zelfbevrijding begint. Zo zijn er legio teksten welke we op onszelf van toepassing kunnen laten zijn, zodat wij er daadwerkelijk door in een proces van inzichten en realisaties terecht komen.
Het is belangrijk om teksten te kennen, maar de teksten op zichzelf brengen geen verlichting. Meditatie is de weg naar verlichting. En meditatie is alles wat we doen. Het is ieder moment van ons bestaan, of het nu de afwas is of het is het plein aanvegen. Teksten zijn in die zin een mooie leidraad maar ik zie heel vaak monniken die tekst na tekst opdreunen zonder de relevantie ervan in te zien. Zowel in Tibet, Nepal als in Thailand, Vietnam, Cambodja, Birma en Laos zie ik dat er veel “verslibt” in het constant, en steeds op andere plaatsen uitgenodigd worden om teksten los te laten. Maar de diepere essentie word bijna niet uitgelegd en zo kan het verworden dat de goegemeente er een beetje bij zit en boeddhist is omdat hun voorvaderen dat ook waren. Stel een paar simpele vragen (wat ik regelmatig doe tijdens mijn dhamma lezingen) en men weet niet waarover het gaat.
Dat is jammer, want het boeddhisme heeft een antwoord op alles en als je de diepe betekenis van teksten kent (door erop te mediteren) dan kom je tot wijsheid en inzicht. Het is dus een kwestie van: Terug naar de basis. Waar gaat het om? Wat is de essentie van boeddhisme?
Ik geef niet alleen les aan “leken” maar ook aan veel monniken. Het blijkt dus dat behalve een beetje tellen van de adem en Bhu-Tho er weinig anders gedaan word qua meditatie. De Boeddha gaf 40 (!) verschillende methodes door, afhankelijk van de situatie en de fase waarin mensen zich bevonden.
Dan is het dus raar als je in een vipassanacentrum komt en daar mensen verteld wordt: Dit is DE methode. En dan zijn er ook nog groepen waar men zich niet eens mág bezig houden met andere vormen, met andere woorden: het wordt verboden. Deze starre en dogmatische houding doet de inzichten over meditatie ook niet toenemen. Meditatie moet iets moois zijn, een innerlijke ontdekkingsreis, met natuurlijk hindernissen en tegenslagen. Maar het blijft een ontdekking, waarbij je iedere keer opnieuw aanvangt en niet één meditatie een kopie is van de voorgaande. Daarom is het belangrijk om de methodes te kennen en deze op speelse wijze te gebruiken. Alles is afhankelijk van de staat van zijn van het individu en dat kan op van alles betrekking hebben: Inzichten, vermoeidheid, ontwikkeling van energiecentra, zorgen, ziektes etc.
Dus waar gaat het om? Het is niet mijn bedoeling mensen van een pad te brengen wat voor hen werkt. Maar wellicht is het behendig (kusala) om eens te kijken naar wat de essentie is en wat lang na de historische Boeddha toegevoegd is. In ieder geval is en blijft de essentie: Het beëindigen van het lijden. Daarin vind ik een pracht uitspraak: Pijn is onderdeel van het bestaan, eronder te lijden is een optie. De Boeddha geeft prachtig aan hoe we het lijden kunnen beëindigen. Zowel wat het is als wat het pad is om dat te doen.
Als we wierook branden dan gaat dat over de directe waarneming van het feit dat vaste stof overgaat in stof. Niet over het bidden om allerlei wereldlijke zaken. Als we kaarsen branden dan gaat dat over het metafysische proces waarbij we kunnen constateren dat als een van de factoren (brandbare stof, lont, zuurstof, vlam) weg genomen word, de illusie van de vlam ophoudt te bestaan. Dat iedere honderdste seconde het een andere vlam is, en dat het vergelijkbaar is met ons energetisch proces. Energie in transformatie.
Dat zijn essenties van boeddhisme en daarom is het ook nog steeds actueel. Juist nu. Iets minder ceremonies, iets meer beoefening. Als de Boeddha iets uitsprak was dat een dhammalezing. Het was bedoeld om voor mensen op dat moment een vorm van “verlichting” te geven. Laten we daarom praten over wat de dhamma betekent. Zelfs het woord dhamma of dharma word vaak alleen nog maar uitgelegd als “De leer van Boeddha” terwijl het eigenlijk betekent: De natuurlijke staat der dingen, en de Boeddha beschreef die. Dan kunnen wij nu toch zelf waarnemen, en daar nodigde hij ons ook toe uit? Meerdere keren vind je dat in allerlei teksten terug: Onderzoek het zelf.
Wij hebben alle capaciteiten om tot volmaakt inzicht te komen, hoe meer we ons richten op rituelen en ceremonies hoe minder we tijd hebben om aan ons eigen inzicht te werken. Laten we vooral de verantwoordelijkheid van ons pad bij onszelf leggen. Onze inzichten, onze inzet, onze meditatie, onze concentratie. Het is ook prima om de orde der monniken te waarderen, maar ook zij zijn allen in een leerproces. Veel monniken zijn pas korte tijd ermee bezig en we kunnen ons dus niet volledig verlaten op wat zij als waarheid hebben ervaren. Ik hoor mensen ook wel het woord monnik met Boeddha verwarren. Dat zijn twee totaal verschillende situaties. En als je een verlichte monnik tegen komt, geloof me, dan weet je dat ook wel.
Verlichting is voor iedereen mogelijk. Voor de monniken, de yogi’s, de sanyasi en de leken. De omstandigheden die voor monniken gecreëerd zijn, die zijn ideaal, men hoeft zich niet bezig te houden met alledaagse zaken en men heeft veel tijd. Maar het is aan de monnik om die goed te besteden. Net als dat het voor jou belangrijk is om te weten dat de inzichten en realisaties uiteindelijk via jou komen. Alles wat ieder individu meemaakt is onderdeel van het pad.
Dit alles is geen aantijging, geen oordeel. Het is bedoelt om binnen het boeddhisme een discussie los te maken, teneinde, niet om ons speciaal aan te passen, maar om eens goed te kijken naar wat de bedoeling geweest moet zijn in de tijd van de historische Boeddha Sakyamuni. Het is ook niet de bedoeling om culturen en tradities geheel te veranderen, maar wel belangrijk om het af te zetten tegen bijvoorbeeld het achtvoudig pad. Ik heb geen interesse om die discussie te leiden, gelukkig houdt ik mij voornamelijk bezig met retraites en meditaties. Maar ik plant graag de zaadjes, in de hoop dat het bij anderen ook (h)erkenning oproept. Niet om specifiek naar de letter te kijken maar om te kijken wat, gezien zijn verlichte staat van zijn, de hartsbedoeling geweest moet zijn.
https://www.buddhapilgrimage.com/