Het boeddhistisch koninkrijk Bhutan moderniseert in hoog tempo. Mobiele telefoons, iPads en televisie (sinds 1990) zijn gemeengoed geworden. Het land democratiseert. Of het er mee te maken heeft is de vraag, maar het respect voor monniken en het kloosterleven is aan het afnemen. Niet in de laatste plaats door een heus misbruikschandaal waarbij monniken betrokken zijn.
Bhutan — genesteld in de Himalaya en geflankeerd door zowel India als China — staat bekend om haar rijke boeddhistische cultuur en dorpen waar tradities in ere worden gehouden. Het zijn de pijlers van Bhutans ‘bruto nationaal geluk’. Met de invoering van de televisie in Bhutan zijn mensen zelfstandiger geworden en minder goedgelovig. Ze kunnen kennis nemen van wat er in de wereld gebeurt, op allerlei gebied. Ze zijn minder godvrezend, minder bijgelovig. En sinds het invoeren van het seculier onderwijs in 1960, is het wereldbeeld van de Bhutanezen drastisch veranderd. De kloosterscholen, die het eeuwenlang voor het zeggen hadden, zagen hun invloed afnemen. Ze zijn zo langzamerhand een herinnering geworden aan de verwevenheid tussen religie en politiek
Met de invoering van de democratie, zo’n vijf jaar geleden, daalde de invloed van de kloosterlingen op de samenleving nog sterker. De monniken, nonnen en leken-kloosterlingen zijn nu uitgesloten van het democratiseringsproces, om politiek en religie te scheiden. Maar dit is niet de enige oorzaak van de vermindering van de macht van de kloosters. De spirituele invloed werd ook aangetast door ordinaire hebzucht, het materialisme nam de plaats in van de spiritualiteit. Er zijn monniken met grote, dure auto’s en andere bezittingen. Wat niet verandert is is dat de kloosters nog wel een belangrijke sociale rol vervullen door kinderen op te nemen waarvan de ouders zijn gestorven of niet in staat zijn die kinderen op te voeden. Naar schatting zijn het er tussen de negen en elfduizend. Meer dan de ongeveer zevenduizend monniken die als zodanig in Bhutan zijn geregistreerd.
Zoveel kinderen met celibatair levende monniken in kloosters moet wel tot incidenten leiden. In een recent rapport van The Raven, een Bhutanees tijdschrift, werd het relaas weergegeven van twee jonge jongens, die zeiden dat ze uit hun klooster waren ontsnapt, na seksueel te zijn misbruikt door twee van de oudere monniken, die geacht werden celibatair te leven. Hun aanklacht werd bevestigd door de nationale commissie voor (de bescherming van) vrouwen en kinderen.
Een van de daders is door de kloosterleiding berispt, de andere monnik mag zijn pij niet meer dragen en is uit het klooster gezet. Ook onder elkaar bedrijven monniken seks. Populair is de ‘dij-seks’, maar de monniken zoeken en vinden ook hun vertier buiten de kloosters. Gevolg: besmetting met seksueel overdraagbare aandoeningen. Maar ook stress komt steeds meer voor, onder met name de jonge kloosterlingen. Ze voelen zich het slachtoffer van een zeer gedisciplineerde levensstijl. Hun intrek in het klooster was geen spontane eigen keuze.
Sommige kloosters zijn er al toe over gegaan om de moderne communicatieapparatuur in de gebouwen toe te staan. En voor jonge kloosterlingen die eraan onderdoor dreigen te gaan, is in mei een speciaal kantoor ‘voor het welzijn van het kind en jonge monniken’ geopend, waar ze in workshops kennis kunnen nemen van hun rechten. Echter, de grote uitdaging voor de kloosters is de hervorming van hun onderwijssysteem, dat sinds de zeventiende eeuw vrijwel onveranderd is gebleven. Daarmee kunnen ze een uitstroom van naar modernisering snakkende jonge monniken voorkomen.
Bron BDN.