In mijn beginnersgroep in ons centrum in Bemmel zitten wat trouwe BD-lezers waaraan ik vroeg: hebben jullie een onderwerp waar jullie voorkeur naar uit gaat? Het antwoord was; ‘We willen meer weten over het zenboeddhisme.’ Zoiets heet ‘honger naar de dharma.’ Het nare daarvan is dat ‘meer weten’ voortkomt uit ‘niet weten’. De dharma leid je naar ‘direct inzicht’, ontdaan van interpretaties, vrij van conditionering,voorkennis of wat voor toevoegingen dan ook. Niets wat tussen jou en het object van beschouwing staat. Met andere woorden je hoort, ziet, ruikt, proeft of voelt iets, zonder dat er voorgaande indrukken aan toegevoegd worden. Je ziet, proeft, hoort, voelt of ruikt iets voor de allereerste keer, als je alle voorgaande indrukken weg laat is die ervaring overweldigend, dan ben je een met dat wat je proeft ruikt hoort voelt of ziet.
In Bukkoku-Ji tempel in Japan kwam Ginny, een Amerikaanse, opgetogen naar mij toe en zei: ‘Have you seen the tulips in the garden?. Ik zei haar dat ik uit Holland kwam, het land van de tulpen en dat ik ze al honderdduizend keer had gezien. Haar antwoord was: ‘Maar deze heb je nooit eerder gezien.’
Er is nog al wat voor nodig om tot een punt te komen waar je werkelijk los kunt laten. Hoe gehecht zijn we aan voorgaande indrukken die op den duur gewoontehandelingen zijn geworden. Een sausje bij je eten, die outfit die zo mooi bij elkaar past enz. Het vertrouwde waar we ons zo aan vast klampen en waarmee we een grauwsluier over ons leven hangen, niets is meer fris en sprankelend, we verwerpen en kiezen op grond van voor en afkeer.
Kijk eens hoeveel gewoontehandelingen je op de automatische piloot doet, ingesleten patronen van jaren die zich in ons doen en laten verankerd hebben. Er is maar een manier om dat te doorbreken: stil zitten en niets doen. Maar als je denkt dat je door stil zitten en niets doen je ingesleten patronen doorbreekt, dan zit je er faliekant naast. Als je stil zit en niets doet, en dat niet ervaart als ‘gewoonte’ dan heb je je patronen doorbroken. Maar zodra je opstaat grijp je ze weer met beide handen vast. Zen word aan de man gebracht als middel tegen stress, als middel voor een betere concentratie, als panacee voor allerhande ongemakken en kwalen. En….natuurlijk help het, als je gestrest bent moet je rust nemen, dus stil op een kussentje zitten is een probaat middel. Ook als je je een tijdje niet stoort aan je gedachten rust je brein uit en kan er weer met frisse moed tegen aan. Maar….waar houdt het op? Wanneer is alles wat je doet zazen? Suzuki Roshi heeft er een heel gemeen boekje over geschreven ‘Zen begin,..eindeloos met zen beginnen.’ Ik ben in 1978 met zen begonnen en het is nog niet gestopt, en ik ben bang dat het nooit meer stopt.