Onze levens zijn als planten
drijvend langs de oever
in het licht van de maan
zenmeester Ryokan (1758-1831), vertaling Kees van den Muijsenberg.
No mind. No self. True self. Bezien aan de hand van drie gedichten van Chinese zen-vrouwen.
Kees van den Muijsenberg: ‘De termen zoals in de titel genoemd worden in verschillende spirituele bewegingen gebruikt. In zen hebben deze termen een betekenis die direct verband houdt met de ervaring van non-dualiteit: Er is géén twee. Er is geen ik, afgescheiden van ‘de wereld’. Alles is één.
Dit wordt toegelicht aan de hand van drie korte gedichten van de Chinese zen-meesteressen Jizong en Chaoyan (omstreeks 1650). We lezen de teksten in het licht van ‘no self, no mind, true self’, en staan daarbij stil bij de draagkracht van de ervaring van non-dualiteit in het alledaagse leven.’
Op vrijdag 5 mei is Kapucijn en zenleraar Kees van den Muijsenberg te gast in het boeddhistisch centrum Ehipassiko in Deurne, Vlaanderen. Kees van den Muijsenberg is Kapucijn. Hij is geboren te Hoeven (Noord Brabant, Nederland, 1956) en trad in 1976 in bij de Orde van de Minderbroeders Kapucijnen.
Kees studeerde theologie in Tilburg en Franciscaanse spiritualiteit in Rome, werkte tien jaar in het basispastoraat, waarna negenjaar als bestuurder binnen de Orde. Sinds januari 2008 gaat hij de zen-weg. Hij werd twee jaar getraind door zenmeester Willigis Jaeger, die hem in december 2010 benoemde tot zenleraar in de zen-lijn leere wolke (Lege Wolk).
Kees begeleidt zencursussen in Breda, Tilburg en Den Bosch en sesshins in het stiltecentrum te Ranst (België) en in de Abdij Slangenburg te Doetinchem (Nederland). Kees verzorgt ook begeleiding in de koan-scholing.
Hij schreef het boek Woorden waarvoor geen woorden zijn. Gedichten van kluizenaar zenmeester Ryokan, gelezen als gids op de weg. Uitgeverij DABAR-Luyten, Heeswijk, 2015.
Siebe zegt
Welke ervaring dan ook, satori, non-dualiteit, Nibbana, jhana, welke dan ook, het gaat er volgens mij uiteindelijk om wat dat met je doet op het vlak van de persoonlijkheid. Dus op het vlak van de neigingen die je bij jezelf in werking kunt zien treden, dagelijks, je eigen conditioneringen.
Bevrijden die ervaringen je wel van hebzucht, haat of begoocheling, of, en dat kan natuurlijk ook, doet het dat niet?
Met ervaringen kan het ook alle kanten opgaan. Niet alleen veel studeren kan leiden tot nog meer eigendunk, evengoed ook ervaringen.
De sutta’s geven ook aan dat een ervaring van Nibbana niet perse bevrijdt.
Misschien wordt iemand nog wel opgeblazener en trotser door bepaalde ervaringen? Misschien wordt verlangen naar die ervaringen wel heel sterk? Misschien ontstaat uit het niet kunnen herhalen van ervaringen wel ergernis?
Misschien vraagt iemand dankzij bepaalde ervaringen wel meer aandacht en erkenning dan ooit voor zichzelf?
Misschien dicht iemand zichzelf wel een status toe op basis van bepaalde ervaringen dan eigenlijk passend is?
Uiteindelijk gaat het er toch om wat voor effect ervaringen nou echt op iemand heeft. Verzwakt of beeindigt het hebzucht, haat en begoocheling of …wat gebeurt er eigenlijk?
groet,