Driemaal riep de staatsleraar zijn bediende en driemaal gaf deze geen antwoord. Niet veel later begon de kloosterhond, Wu, te blaffen, wel driehonderd keer, maar niemand reageerde. Pas toen hij hartverscheurend begon te janken ging de bediende maar eens poolshoogte nemen.
De staatsleraar lag op z’n zij met zijn vuisten tegen zijn borst geklemd, zijn hoofd achterover, zijn gezicht paarsblauw en zijn mond en ogen wijd opengesperd. Driemaal krijste de bediende en driemaal gaf de staatsleraar geen antwoord.
Deze tekst maakt deel uit van de serie Niet om door te komen, de Poortloze Poort. Woord: Hans van Dam. Beeld: Lucienne van Dam. Alle teksten van deze serie. De Poortloze Poort op NietWeten.nl. Alle publicaties van Hans van Dam in het Boeddhistisch Dagblad.