ik sprak graag met een voornaam accent
en wist niet of het mij aanzien gaf
behalve een aristocratisch gerimpeld gezicht
alleen met mezelf vocht ik
met de verslaving aan dit bestaan
maar het was nooit de bedoeling
dat ik zou winnen
goederentreinen met dromen
denderen door mijn nacht
sommige met genadige herfstzon
sommige met ongelezen brieven
ik ben een dwaas maar niet alleen
we kennen het eindstation niet
onze dromen reizen zomaar ergens heen
louter voor de verwondering
van ontwaken in een vreemde kamer
ik vermoed sinds kort waar de weg heen leidt
de dood gaf mij nog wat tijd om te mijmeren
over wat te laat aankomen is
en dat het nooit de bedoeling was
dat ik zou winnen
Mieke Mink zegt
Gaande-weg
verlang ik meer naar thuis,
realiseer ik mij
nooit weg te zijn geweest.
er is misschien geen tijd, geen doel
geen wedstrijd,
en ook geen weg geweest.