Het is nog altijd een grote ellende in de commerciële konijnenhouderij; er is niets veranderd. Die conclusie trekt Animal Rights na nieuwe burgerinspecties bij een konijnenfokker in het Brabantse Ulicoten. Animal Rights leverde de stalbeelden in bij de Nederlandse voedsel- en warenautoriteit (NVWA) vergezeld van een handhavingsverzoek.
Susan Hartland, directeur Animal Rights: ‘Wij voeren burgerinspecties uit omdat de consument zich alleen kan informeren over hoe dierlijke producten zijn geproduceerd wanneer hem of haar een eerlijke blik in het houderijsysteem gegund wordt. Waar de overheid en de sector hierin falen, zorgen de beelden van Animal Rights voor de hoognodige transparantie over het leven en lijden van konijnen in deze industrie.’
In 2019 onderzochten Animal Rights en Konijn in Nood een jaar lang de commerciële konijnenhouderij in Nederland en publiceerden de beelden in december van dat jaar.
Op Kamervragen van PvdD en SP antwoordde toenmalig landbouwminister Schouten: ‘We worden steeds vaker geconfronteerd met beelden van dierenleed in de Nederlandse veehouderij. Dat raakt mij en ik begrijp dat mensen hierdoor geschokt, verdrietig en verontwaardigd zijn.’
Een groot deel van de conclusies uit het onderzoek moest Schouten bevestigen: ‘De huisvestingssystemen zijn zodanig ingericht dat konijnen boven hun eigen uitwerpselen leven. Voor konijnenhouderij zijn er nog geen normen gesteld voor de uitstoot van ammoniak. Er zijn geen regels voor hoe vaak de mest moet worden afgevoerd of voor het gescheiden opvangen van mest en urine.’
Midden 2022 vroeg Animal Rights (opnieuw) de inspectierapporten van de konijnenhouderij op om te kijken of er sinds de publicatie van de beelden ook maar iets veranderd is. De inspecties blijken nog steeds minimaal, maar het beeld is nog altijd hetzelfde: ziekte en dood domineren de Nederlandse ‘vleeskonijnen’-industrie.
We zijn inmiddels vier jaar verder. Opeenvolgende Landbouwministers zijn, naar eigen zeggen, in gesprek gegaan met de sector, maar hebben aan de misstanden niets gedaan. Er zijn geen maatregelen opgelegd en er vinden geen structurele welzijnsinspecties plaats.
Enkele van de verschrikkelijkste beelden van 2019 kwamen uit een konijnenfokkerij in het Brabantse Ulicoten. Daarom hield de dierenrechtenorganisatie opnieuw burgerinspecties bij dit bedrijf en leverde de beelden in bij de NVWA vergezeld van een handhavingsverzoek.
De geconstateerde misstanden in 2023 zijn bekend uit 2019:
- Het ontbreken van welzijnsmatjes;
- Het ontbreken van verrijkings- en schuilmateriaal;
- Dieren met ontstoken oren;
- Dieren met ontstoken ogen;
- Dieren met ‘draainek’;
- Dieren met schurft;
- Dode dieren tussen de levenden;
- Konijnen met wonden (gevuld met pus).
Meer algemeen beschouwt Animal Rights het houden van konijnen in dergelijke kleine kooien – die alleen te vergelijken zijn met de reeds verboden legbatterij- en nertsenkooien – in strijd met de Wet dieren en het Besluit houders van dieren. Daarin staat onder andere dat er voldoende ruimte moet worden gelaten voor de fysiologische en ethologische behoeften van het dier. Het betekent dat het konijn voldoende ruimte moet worden geboden voor soortspecifiek, natuurlijk en sociaal gedrag. Dergelijk gedrag is in deze kleine kooien – ook in ‘parkkooien’ – niet mogelijk zodat dit artikel wordt overtreden. Dat de kooien mogelijk voldoen aan de toegelaten afmetingen, uitvoeringen en vormgeving maakt dit niet anders.
Geen mogelijkheid tot natuurlijk gedrag
Ongeacht het systeem komen deze dieren nooit buiten, zien geen daglicht, er is niet of nauwelijks ruimte voor huppelen en rennen, ze kunnen niet graven, hebben onvoldoende schuil- en knaagmogelijkheden, eten eenzijdig voer, moeten lopen over een gespleten ondergrond, leven boven hun eigen uitwerpselen en ademen daarvan de ammoniaklucht in, zijn blootgesteld aan constant lawaai van mechanische ventilatie, muziek en rammelende kooien, en leven in onnatuurlijke groepsverbanden.
Animal Rights verzocht de NVWA om snel, doeltreffend en afschrikwekkend handhavend op te treden tegen deze misstanden. Dat was begin juni. De NVWA verdaagde de beslistermijn tot september, vervolgens tot november en uiteindelijk tot midden januari. Volgens de NVWA heeft er inmiddels een (eigen) inspectie plaatsgevonden. ‘Momenteel wordt nader onderzoek afgerond.’
Kerst
Terwijl Animal Rights wacht op handhaving door de NVWA naderen de feestdagen. De consumptie van konijnenvlees is in Nederland niet populair en ligt rond de 600 gram per hoofd van de bevolking per jaar, met vooral een piek rond Kerst. Nederland heeft geen gespecialiseerd slachthuis voor konijnen en de ‘slachtrijpe’ dieren van de 30 overgebleven bedrijven gaan dan ook op transport naar vooral België. Slechts een deel vindt de weg weer terug naar Nederlandse supermarkten. ‘Het is dus een sector die eenvoudig op te doeken is en praktisch niemand zal missen,’ zegt Hartland.
Afschaffen
Hartland: ‘De consument moet weten dat de konijnenhouderij op geen enkele wijze in staat is om te voldoen aan de behoeften van konijnen. Konijnen zijn volstrekt ongeschikt voor de vee-industrie. We moeten daarom stoppen met de zoektocht naar steeds weer kleine, vaak denkbeeldige, verbeteringen in de houderijomstandigheden, die vooral gericht zijn op het geweten van de consument en marketing van supermarkten, maar voor de konijnen zelf van weinig betekenis zijn. Sterker nog, nieuwe ‘welzijnsaanpassingen’ brengen steeds weer nieuwe welzijnsproblemen met zich mee: de voedsters vertonen agressief gedrag wanneer ze in een groep gehuisvest worden en hygiëne wordt een probleem zodra verrijkingsmateriaal en betere bodems worden gegeven. Dierenwelzijn is een illusie in de konijnenhouderij. Dit systeem behoeft geen verbeteringen, maar afschaffing.’
Animal Rights streeft dan ook naar een konijnenhouderijverbod in navolging van het verbod op legbatterijen en de pelsdierhouderij.