Tussen pad en raam vind je de deur naar non-dualiteit.
Meester Tussen zegt:
Wie door de deur naar non-dualiteit is gegaan, heeft het pad naar non-dualiteit achter zich gelaten.
Is hij nou eindelijk thuisgekomen of voorgoed vertrokken?
Hij weet het niet.
Bevindt hij zich in het huis van non-dualiteit of erbuiten?
Hij weet het niet.
Kijkt hij door het raam van non-dualiteit of doorziet hij het?
Hij weet het niet.
Hij ziet wat hij ziet.
Wat het is dat weet hij niet.
Hij ziet niet wat hij niet ziet.
Of er meer is weet hij niet.
Hoe het zit dat vraagt hij niet.
Wie door de deur naar non-dualiteit is gegaan heeft ieder inzicht achter zich gelaten.
Hij heeft ieder uitzicht achter zich gelaten.
Hij heeft alle verhalen achter zich gelaten.
Dit was het verhaal van het non-huis van non-dualiteit.