Hoe je van jezelf een boekje maakt (dat niemand wil lezen).
Niet-weten als Bewustzijn
Nina: Ik heb een geweldig idee. Zullen we een boekje maken van onze correspondentie? Ik denk aan een selectie, de essentie van onze dialoog.
Hans: Ik ben me van geen essentie bewust.
Nina: Een titel heb ik ook al, ‘Advaita en niet-weten’.
Hans: De eerste titel die mij inviel was ‘Advaita is geen idee’. Wat is precies het idee?
Nina: Tja, hoe leg ik dat uit. Toen ik jouw dwaalteksten ontdekte, was dat voor mij een aha-erlebnis. In jou herkende ik eindelijk het niet-weten in mezelf. Maar hoe moest ik dat in overeenstemming brengen met de hoogste Waarheid van het ene Bewustzijn dat ik ben?
Onze correspondentie heeft daarin duidelijkheid gebracht. Ik weet niets en tegelijkertijd weet ik dat ik Ben en dat Bewustzijn de essentie van mijn Zijn is. Dit Bewustzijn, dit Zijn dat ik Ben, dit Niet-Weten, is niet in woorden uit te drukken en kan door het verstand niet begrepen worden.
De tegenspraak tussen mijn weten en mijn niet-weten, waar ik eerst zo mee zat, speelt zich volledig af binnen het verstand. Natuurlijk weet ik van alles, maar dan hebben we het over begrippen, denken, redeneren, feitenkennis. Een stoel is een stoel, ja, maar dat is niets meer dan een maatschappelijke conventie. Je komt er geen stap dichter mee bij de uiteindelijke Werkelijkheid, die onkenbaar is.
Bewustzijn kent alles maar is zelf onkenbaar. Bewustzijn is ondeelbaar in zichzelf besloten en kent als zodanig geen innerlijke tegenspraak. Tegenstelling opgelost.
Advaita vedanta, heeft me laten zien dat ik in essentie Ben. Niet wát ik ben is mijn essentie, maar dát ik ben. Mijn Zijn, mijn Bewustzijn is altijd spontaan, moeiteloos en probleemloos, en altijd alleen maar hier en nu. Het is een constant, neutraal gegeven.
Wanneer mijn aandacht echter wordt opgeslokt door het denken, het voelen en het ervaren, dan verdrink ik in voorbijgaande indrukken die me meevoeren uit de hoogste Werkelijkheid. Advaita betekent voor mij in Bewustzijn verblijven. De aandacht op het Bewustzijn zelf gericht houden. Dat verlicht mijn zorgen en relativeert mijn pieken en dalen zodat ik er niet in blijf hangen.
Advaita is Zien, niet met je ogen maar met Bewustzijn. De dingen zien zoals ze Zijn, niet zoals ik wil dat ze zijn. Niet met het verstand maar met het hart. Een geleefde Waarheid die tegelijkertijd volkomen subjectief en volkomen universeel is. De hemel is blauw, geen twijfel mogelijk. Ik Ben, geen twijfel mogelijk.
Ik weet het, het zijn allemaal concepten, maar ik gebruik ze om te verwijzen naar de niet-conceptuele Werkelijkheid. Geen enkel concept legt het goed uit. ‘Bewustzijn’ is een vinger die naar de maan wijst. Ook niet-weten legt niets uit.
Jij verwerpt én omarmt, wel én niet, weten én niet-weten, niet-weten én niet weten van niet-weten. Ik denk niet dat uitleggen jouw drijfveer is, maar wat dan wel? Waarom produceer jij non-stop dwaalteksten? Laat ik het maar niet vragen, we doen wat we doen tot we het niet meer doen.
Ik kan in ieder geval niet meer weg uit Bewustzijn. Dat heeft het leven me geopenbaard en onze correspondentie heeft het bevestigd en verdiept. Het besef werkelijk gevestigd te zijn in Bewustzijn heeft grote vreugde gebracht, en diepe verwondering.
Er is een groot Niet-Weten in mij, als zuiver Bewustzijn, dat nederig maakt. Louter Bewustzijn te zijn is een troost, een zegen, een vreugde en een stille achtergrond die ik mocht herontdekken dankzij de advaita vedanta.
Niet weten van Bewustzijn
Hans: Dank voor je uitleg, je klinkt al helemaal als een boekje.
Nina: Het zou de inleiding van ons boekje kunnen zijn.
Hans: Alleen is het eerder de essentie van jouw denken dan van onze dialoog.
Nina: Wat is volgens jou de essentie van onze dialoog?
Hans: Langs elkaar heen praten is volgens mij de essentie van onze dialoog.
Nina: Wat dacht je van de titel ‘Bewustzijn als Niet-Weten’?
Hans: Wat dacht je van de titel ‘Niet weten van Bewustzijn’?
Nina: Dat lijkt mij heel wat anders.
Hans: Het is ook heel wat anders, dat probeer ik je nou al maanden duidelijk te maken. Voor mij betekent niet-weten alleen maar dat ik het allemaal niet meer weet. Jij verwijst ermee naar iets absoluuts dat je Bewustzijn noemt. Beide betekenissen van niet-weten zijn legitiem, definiëren staat vrij, maar ze verschillen als nacht en dag. Dat krijg ik je maar niet aan je verstand gepeuterd.
Nina: Ik verwijs niet naar iets absoluuts, ik verwijs naar het Absolute. De universele, kosmische Grond. De enige. Zowel die van jou als die van mij als die van iedereen en van het hele universum.
Alles is Bewustzijn. Er is alleen maar Bewustzijn. De tienduizend dingen en wezens ontstaan in Bewustzijn en vergaan in Bewustzijn. Tijdens hun bestaan zijn ze gemanifesteerd Bewustzijn. Daarvoor en daarna zijn ze latent Bewustzijn. Jouw bewustzijn maakt deel uit van Bewustzijn. Mijn bewustzijn maakt deel uit van Bewustzijn. Er is alleen maar Bewustzijn. Er is alleen maar Dit. Dat is de Waarheid.
Hans: Volgens de materialist is alles stof. Dat is de Waarheid.
Volgens de taoïst is alles chi. Dat is de Waarheid.
Volgens de mysticus is alles God. Dat is de Waarheid.
Volgens de zenboeddhist is alles leeg. Dat is de Waarheid.
Volgens de non-dualist is alles Bewustzijn. Dat is de Waarheid.
Volgens de nihilist bestaat de Waarheid niet. Dat is de Waarheid.
Steeds is het de Waarheid, de hoogste Waarheid en de enige Waarheid. Maar de ene enige Waarheid is de andere niet. Hoe kan dat?
Bewustzijn ervaren
Nina: Waarin verschijnt de stof? Waarin verschijnt chi? Waarin verschijnt God? Waarin verschijnt de leegte? Waarin verschijnt het nihilisme?
Hans: Aha, de waarinstinker, daar is hij weer. En nu moet ik zeker zeggen…
Nina: Stof verschijnt in Bewustzijn. Chi verschijnt in Bewustzijn. God verschijnt in Bewustzijn. Leegte verschijnt in Bewustzijn. Alles verschijnt in Bewustzijn. En alles ís Bewustzijn.
Hans: En dit wou jij niet-weten noemen?
Nina: Het is de enige redelijke verklaring.
Hans: Welnee joh, er zijn tienduizend redelijke verklaringen. Het worden er iedere dag meer. Je herkent ze van verre. Ze verklaren alles, ze voorspellen niets en ze zijn onweerlegbaar. Vlaggen zonder lading.
Nina: Al waren het er een miljoen. Alle verklaringen zijn manifest Bewustzijn.
Hans: Dat bedoel ik nou. Jij duidt alles in idealistische termen en daar valt niets tegen in te brengen. Een ander duidt alles in materialistische termen en er valt niets tegen in te brengen.
Misschien is dat de kick; dat je alles kan verklaren en overal een antwoord op hebt waar niets tegenin te brengen valt. Zeg jij het maar, want ik voel hem niet. Is dat de kick?
Nina: Bewustzijn is een ervaringsfeit.
Hans: Volgens de advaita vedanta zitten alle ervaringen aan de gekende kant. Bewustzijn ervaren is in tegenspraak met de leer.
Zelf heb ik nog nooit bewustzijn of Bewustzijn ervaren, of ik heb mijn ervaring ervan nooit als zodanig herkend. Ik weet niet wat bewustzijn of Bewustzijn is en óf het is. Ik heb er niets maar dan ook niets over te melden.
Daarom valt jouw project om de wezenlijke identiteit van Bewustzijn en niet-weten vast te stellen voor mij bij voorbaat in het water. Bij jou zijn Bewustzijn en niet-weten synoniem, dus op voorhand identiek, met hetzelfde gevolg.
Nina: Als je alleen maar niet wist, zou je heus niet zoveel schrijven.
Hans: Ik heb niets uit te leggen, en dat leg ik uit.
Nina: Waarom zou je?
Hans: Noem het spelen, noem het puzzelen, noem het bidden. Inkeren, mediteren, savoureren.
Nina: Geen boekje dus?
Hans: Jij bent het boekje en ik heb het uit.
Nina: Jij bent toch ook een boekje?
Hans: Ik ben een dummy met een gummie wiens schrijven wissen is.
Advaita als afrekening
(Maanden later)
Beste Hans,
Ik heb er nog eens over nagedacht en ben tot de conclusie gekomen dat we in de grond wel degelijk naar hetzelfde verwijzen. Jouw Niet-Weten is mijn Bewustzijn. Jij bent Niet-Weten, ik ben Bewustzijn. Jij bent mij. Is dat geen vreugdevolle gedachte?
Hans: Je geeft toe dat het een gedachte is?
Nina: Het komt tot mij als een gedachte omdat we nou eenmaal Bewustzijn zijn. Voor mij is advaita vedanta de Grote Waarheid.
Hans: Voor mij is advaita vedanta de Grote Afrekening.
Nina: Waarmee?
Hans: Met alle Grote Woorden. Met alle Grote Verhalen.
Nina: Hoe dat zo?
Hans: Volgens de advaita vedanta is alles aan de gekende kant maya, illusie. Dus ook het onderscheid tussen dvaita en advaita. Ook het onderscheid tussen veda en vedanta. Ook het onderscheid tussen illusie en werkelijk enzovoort. Wat blijft er dan nog over van je boekje?
Nina: Advaita vedanta is het grootste verhaal dat je ooit zal tegenkomen. Het enige verhaal dat je nodig hebt.
Hans: Volgens boeddhisten is het boeddhisme een vlot om de rivier mee over te steken, niet om de rest van je leven achter je aan te slepen. Al moet ik de eerste boeddhist die zijn vlot achter zich heeft gelaten nog tegenkomen. Ze blijven maar leren, praktiseren en boeddha’s eren.
Ik mag graag denken dat de gelijkenis van het vlot ook van toepassing is op de advaita vedanta. Al moet ik de eerste non-dualist die zijn vlot achter zich heeft gelaten nog tegenkomen. Ze blijven maar redeneren, speculeren en yogi’s eren.
Nina: Wat versta jij onder oversteken?
Hans: Alle woorden van je af wassen. In het diepe springen. Niet weten wat je niet weet. Dat onder woorden brengen.
Nina: Niet-weten is net zo goed een Groot Verhaal.
Hans: Voor jou wel. Voor mij is het een wegwerpverhaal. Net als de advaita vedanta. Net als zen. Net als het taoïsme. Net als het soefisme.
Oude verhalen interesseren me voor zover ze over weggooien gaan. Ik vertel ze in mijn boeken en tijdens het vertellen gooi ik ze weg. Zo doe ik wat ik zeg.
Nina: Waarom?
Hans: Omdat verhalen over weggooien verhalen zijn, geen weggooien.