Ik, als het Ware.
1
Leerling: Ik denk, dus ik ben.
Meester: Je denkt dat je bent.
2
Leerling: Ik denk dat ik niet ben.
Meester: Dat had je gedacht.
3
Leerling: Ik denk niet dat ik ben of niet ben.
Meester: Leuk bedacht.
4
Leerling: Ik denk, dus…
Meester: Je denkt.
5
Leerling: Ik denk niet…
Meester: Zou je denken?
6
Leerling: Ik…
Meester: Begin je nou weer?