Deel 9 van een dwaalgesprek in 13 delen over de onzienlijke lichtheid van niet-weten en de weidsheid voorbij alle wijsheid.
Wijde Weetniet is de dwaze protagonist van een titelloos verhaaltje in de Zhuang Zi, een van de drie oerboeken van het taoïsme. Ik parafraseer:
Eens reisde de Wolkenaanvoerder naar het oosten en zag in de diepte Wijde Weetniet. Die was zich net aan het vermaken door te huppelen als een musje en zich daarbij op de billen te slaan. De Wolkenaanvoerder riep: ‘Oude heer! Wie bent u? Wat doet u?’ Wijde Weetniet riep terug: ‘Ik amuseer me!’ en huppelde vrolijk verder.
‘Ik wil u een vraag stellen,’ riep de Wolkenaanvoerder. ‘De ki van de hemel en de ki van de aarde en de zes energieën en de vier jaargetijden zijn helemaal in de war. Ik zou ze graag weer in harmonie brengen om al wat leeft te doen groeien. Hoe krijg ik dat voor elkaar?’ Huppelend als een musje en zichzelf op de billen slaand riep Wijde Weetniet: ‘Ik weet het niet! Ik weet het niet!’
Een paar jaar later ontmoetten ze elkaar weer en stelde de Wolkenaanvoerder dezelfde vraag. Wijde Weetniet antwoordde: ‘Ik zwerf rond zonder te weten wat ik zoek en weet niet waar ik ga. Ik vermaak me zonder doel en aanschouw daarmee het eindeloze. Wat voor kennis kan ik dan bezitten?’
(vrij naar Zhuang Zi; De volledige geschriften, Kristofer Schipper, Uitgeverij Augustus, Amsterdam, Antwerpen, 2007, pagina 161.)
Het verhaaltje, dat zo aardig begint, ontaardt dan in metafysische speculaties over ‘het eindeloze’, ‘de orde van de natuur’, ‘het bestel van de hemel’, ‘de ware aard der dingen’, het terugkeren van de tienduizend dingen ‘naar waar zij vandaan kwamen’ en ‘de deugd van de Tao’.
Nee, onze Wijde Weetniet was zo wijd nog niet. Het obscurantistische taoïsme dat hij personifieert zal er beslist wijder van worden wanneer je alle hypostasen en hypothesen uit zijn vaten schraapt.
Zoals bij alle wijsheidstradities zul je lang moeten dotteren om tot het hart door te dringen. Is het de moeite waard? Wat zul je er aantreffen?
Nou, dat wil ik best verklappen. Hetzelfde als in je eigen hart. Hetzelfde als in ieder hart. Lege kamers en lege boezems.
Niet-weten, dat is ondoorgrondelijkheid zonder bestel. Taoïsme zonder Tao. Agnose zonder pose.
Laten we de draad van het dwaalgesprek tussen Uitroepteken en Vraagteken gauw weer oppakken en eraan blijven trekken tot hij breekt.