Ooit gezien hoe Toon Hermans een perzik eet? Hij ìs die spekgladde vrucht, ìs het sapstraaltje dat langs zijn kin sijpelt. Hij is één met zijn behendige bewegingen om het allerlaatste vruchtvlees van de pit te zuigen. Geen onderscheid tussen hem en zijn actie. Zo verweven is hij met zijn bezigheid, zo verankerd in het moment daarvan, dat hij er helemaal is – zonder enig voorbehoud.
Momenten van aanwezigheid en eenheid liggen binnen handbereik. In alles wat je doet, kun je het oefenen. En je zult zien: er ontgaat je minder, je wordt er wijzer van. Maar het is lastig. Als je met je kind praat, pieker je over stijgende huur. Als je het huis schildert, ben je in gedachten bij je kind. Probeer het eens uit op de fiets, in de bus of de auto. Gewoon zien, horen en doen wat er te zien, te horen en te doen valt. Laat het even weten als je het tien minuten volhoudt zonder te verbleken in wegzuigende gedachten. Dan haal ik iets uit mijn prijzenkastje.
Wie binnen de wanden van zijn eigen plaatwerk leeft, vindt Nu een vaag en verstorend verschijnsel, dat je weghoudt van wat zogenaamd ècht belangrijk is, je eigen denkbeelden. Plaatwerk: het gelaste staal van het eigen oordeel: jouw ware leer. Binnen dat instituut lijkt het veiliger. Buiten woedt de angstaanjagende beweging van het Nu. Mensen weten dat en wij beroepen ons graag op de kwaliteit van ons stalen gelijk.
Uiteindelijk moet je achter de palissade van je zekerheden vandaan om de branding van het onbekende in te lopen. Het bestaan is onvoorspelbaar en oncontroleerbaar. Toch kunnen we steeds opnieuw alle aandacht ‘openen’ voor wat er Nu gebeurt en ons eigen aandeel daarin vormgeven. Weloverwogen. Charlotte Joko Beck noemt dat het scherp van de snede. Met hart en ziel meebewegen in de golfslag van de veranderlijkheid door ‘attent’ te zijn. Door met jouw keuzen en daden de kwaliteit van het altijd voortgaande Nu te bewerken. Alleen zo kan dualiteit worden omsloten door eenheid.