Tijdens de eerste zitting van het 17e Tibetaanse parlement in ballingschap in Dharamsala, India, zijn begin deze week drie van de zeven voorgedragen Kalons (ministers) benoemd. Alle drie de goedgekeurde ministers zijn vrouwen.
De eerste zitting van het parlement werd afgesloten na twee dagen van besprekingen en beraadslagingen over de politieke en mensenrechtensituatie in Tibet. De belangrijkste resultaten van de tweedaagse zitting waren de goedkeuring van drie vrouwen als Kalons van de 16e Kashag (Tibetaans kabinet). Dolma Gyari, Tharlam Dolma Changra en Norzin Dolma zijn de nieuwe ministers. De Kashag heeft zeven leden voorgedragen, maar slechts drie daarvan zijn door het parlement goedgekeurd.
De 14e Dalai Lama vluchtte in de jaren vijftig van de vorige eeuw naar buurland India na de mislukte opstand tegen het Chinese bewind. De hoogste Tibetaanse boeddhistische leider vestigde een regering in ballingschap in India. Momenteel wonen er alleen al in Dharamsala meer dan 10.000 Tibetanen, en naar schatting 160.000 Tibetaanse ballingen over de hele wereld.
