Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven
Miertje is de dokter thuis
Kan hij mij een drankje geven
Voor een arme zieke muis
Die zooeven van de treden
Van een ladder is gegleden
Op een plat, in de stad
Miertje, Miertje, haast je wat
Even wachten, juffrouw Brommer
Want de dokter is absent
Hij is net naar vader Nachtuil
Dien je zeker ook wel kent
Die heeft bij het middageten
Eensklaps op zijn tong gebeten
Wat een Pijn, zal dat zijn
Daarvoor helpt geen medicijn
Vergeef me, lezers. De Vriendelijke Reus, de hoofdredacteur van het Boeddhistisch Dagblad, de uitgever van Hoek&Hoek, geeft het tijdelijk op en gaat ter kooi, de mand in. Hij is geen watje, heeft er ferm tegen gestreden, het is nog volop licht, doch na het eten tussen-de-middag van een zelfgemaakte rode bietensalade met stukjes appel, gekookte eieren, Amsterdamse uitjes, gewone zilveruitjes en avocado, om in deze coronatijden gezond te blijven, is De Reus, die vrijwel nimmer gelijktijdig dit soort ingrediënten in een gerecht eet, een beetje ziekjes. De maag dringt op. Hij verlangt naar een kort verblijf in de mand. Beschouw dit als een dienstmededeling. Geen bezoek, geen bloemen.
Mijn moeder Grietje zong dit liedje altijd voor haar kinderen als die in de lappenmand waren. Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven…Sommige dingen onthou je voor het leven. Blijf gezond en thuis. Eet matig. Neem niet wat je niet gegeven wordt. Rode bieten worden ook krootjes genoemd in Rotjeknar.
Moedig voorwaarts!
Teska Seligmann zegt
Van harte beterschap!!!
wouter ter braake zegt
Een, twee, drie, vier, vijf, zes
weer een mooie levensles.
Dringt de maag, voel je beroerd
ben je toch snel uitgevloerd.
Weet dan dat je kunt bekomen
van wat rust en mooie dromen.
En de lezer weet wel dat
morgen is er weer een blad.
Karin Vermeulen zegt
Een, twee, drie, vier, vijf,
zorg goed voor je lijf
en natuurlijk zes en zeven,
zonder angst en beven.
Krootjes, kaakkies en olienootjes
het is geen kattepis.
Het is wat het is.
Beterschap!
Drolletje Drie uit Overschie
(Karin Vermeulen)
Ruud van Bokhoven zegt
Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven
Je voelt je niet zo best en loop wat te beven
je bent een beetje moe en voelt je nergens toe gedreven
Je gaat je bed in en het geluk is je even niet gegeven
Morgen sta je weer op, voelt je stukken beter en de klok staat al over zeven
Joop ik wens je beterschap