Meer dan driekwart van de Nederlanders gemiddeld (78%) vindt dat viskeurmerken, zoals ASC en MSC, zich moeten inzetten om normen voor vissenwelzijn te verbeteren of in te voeren. Dat blijkt uit een opinieonderzoek dat in acht landen, onder andere Nederland, online werd uitgevoerd in opdracht van Compassion in World Farming (CIWF).
Een langdurige, pijnlijke slacht bij gekweekte en wilde vissen vindt bijna driekwart van de Nederlanders onacceptabel (74%). Toch gebeurt dit massaal met vissen met een keurmerk. Ook het dagenlang onnodig uithongeren van vissen, wat toegestaan is bij keurmerken waaronder ASC, vindt 75% van de Nederlandse ondervraagden onacceptabel. Er bestaat bovendien veel onduidelijkheid over de viskeurmerken; zo denken de meeste Nederlanders (62%) dat het MSC keurmerk in enige mate vissenwelzijn beschermt, terwijl we weten dat miljarden dieren met het keurmerk ernstig lijden tijdens de vangst en de slacht. CIWF roept de vijf grootste viskeurmerken in de wereld op om het welzijn van de vissen te verbeteren.
Geert Laugs, directeur CIWF Nederland: “Het is duidelijk dat Nederlanders het welzijn van vissen belangrijk vinden. Toch lijden miljoenen vissen elke dag vreselijk, tijdens de kweek, de vangst en de slacht. De viskeurmerken moeten nu het voortouw nemen en hun dieren beter beschermen.”
Bekende viskeurmerken zoals MSC voor wilde vissen en ASC voor kweekvissen richten zich op milieu en impact op de visstand, maar zeggen vrijwel niets over vissenwelzijn. CIWF analyseerde de vijf grootste viskeurmerken (MSC, ASC, Friends of the Sea, GLOBALG.A.P. en BAP) op acht welzijnscriteria. Het blijkt dat sommige keurmerken onder andere toestaan dat:
- vissen tot 14 dagen lang worden uitgehongerd
- veel te veel vissen bij elkaar in kleine tanks of kooien leven
- vissen een langzame, pijnlijke dood sterven zonder verdoving
- op wilde zeehonden wordt geschoten en dolfijnen worden verwond
CIWF roept de keurmerken op om het voortouw te nemen en vissenwelzijn te verbeteren. Ze wil onder andere meer ruimte voor natuurlijk gedrag in de kwekerijen, minder dagen uithongering van de dieren voorafgaand aan de slacht, een verbod op het afschieten van wilde dieren, waaronder zeehonden rond de kwekerijen, en een snellere, pijnloze slacht van zowel gekweekte als wilde vissen.
Vissenleed
Jaarlijks worden zo’n 3 biljoen (dat zijn drieduizend miljard) vissen gedood voor voedsel. De slacht is bijna altijd zonder verdoving; de dieren sterven meestal een langzame, zeer pijnlijke dood. Vaak stikken ze langzaam, bevriezen levend of worden bij bewustzijn opengesneden en van hun organen ontdaan.
Hoewel bekend is dat vissen pijn, stress en angst kunnen ervaren, bestaan er, behalve voor paling, geen regels ter bescherming van het welzijn bij het houden, vangen en doden van vissen. Vissen worden zelfs uitgesloten in het Besluit houders van dieren: zij hebben, in tegenstelling tot andere dieren, geen recht op verdoving voor de slacht. Enige uitzondering is de paling: vanaf 1 juli 2018 moet deze in Nederland verdoofd worden bij de slacht. Voor andere vissoorten bestaan er inmiddels ook verdovingsmethodes, maar die worden zeer weinig gebruikt.
De bekende viskeurmerken stellen vrijwel geen eisen aan dierenwelzijn. Het biologische keurmerk stelt wél enige welzijnseisen aan kweekvis.