Er was eens een meisje dat heel diep kon mediteren – zo diep dat niets of niemand haar uit haar concentratie kon halen. Iedereen bewonderde haar mateloos, maar zelf zei ze: ‘Ik kan het ook niet helpen.’ Tegen mensen die niet diep konden mediteren zei ze: ‘Ik wou dat ik dat kon’, maar ze bleven haar bewieroken.
Ten einde raad stopte het meisje met mediteren. Toen pas begrepen de mensen dat meditatie ook niet zaligmakend was. En nóg werd ze aanbeden, meer dan ooit, omdat ze, meende het volk, nu zelfs de meditatie voorbij was.
Pas toen ze zonder aankondiging uit het leven stapte, begrepen de mensen dat aanbidding ook niet zaligmakend was.
Deze tekst maakt deel uit van de serie Niet om door te komen, de Poortloze Poort. Woord: Hans van Dam. Beeld: Lucienne van Dam. Alle teksten van deze serie. De Poortloze Poort op NietWeten.nl. Alle publicaties van Hans van Dam in het Boeddhistisch Dagblad.